ECLI:NL:RBSGR:2012:BV7516
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- C.M. Roskam
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling op basis van onvoldoende goede trouw
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 16 februari 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling van verzoeker en verzoekster. Verzoeker heeft zowel de Nederlandse als de Marokkaanse nationaliteit, terwijl verzoekster alleen de Marokkaanse nationaliteit heeft. De verzoekers zijn in 2008 in Marokko gehuwd en hebben samen een kind. Na hun huwelijk heeft verzoeker in Nederland gewoond, maar heeft hij ook gokschulden gemaakt en is hij naar België verhuisd. Verzoekster volgde hem later naar Nederland. De verzoekers hebben een identieke schuldpositie van € 148.842,64 opgegeven, die voornamelijk in Nederland is ontstaan.
De rechtbank overweegt dat op het huwelijksvermogensregime van verzoekers het Haags Huwelijksvermogensverdrag 1978 van toepassing is. Dit betekent dat het Marokkaanse huwelijksvermogensrecht van toepassing is tot het moment dat verzoekster zich in Nederland vestigde. De rechtbank concludeert dat verzoeker niet voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij te goeder trouw is geweest ten aanzien van het ontstaan van zijn schulden. Dit is mede te wijten aan het feit dat hij samen met verzoekster bewust de immigratieregels heeft omzeild, wat zijn integratie bemoeilijkt heeft.
De rechtbank wijst het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling af, omdat verzoeker niet heeft aangetoond dat hij de verplichtingen die voortvloeien uit de regeling naar behoren zal nakomen. Ook verzoekster, die de Nederlandse taal niet machtig is en niet solliciteert, heeft niet aangetoond dat zij zich voldoende bewust is van haar verantwoordelijkheden als schuldenaar. De rechtbank concludeert dat de verzoekers niet voldoen aan de vereisten voor toelating tot de schuldsaneringsregeling en wijst hun verzoeken af.