ECLI:NL:RBSGR:2011:BV0763
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Machtiging tot uithuisplaatsing van minderjarigen in het kader van ondertoezichtstelling
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 12 december 2011 uitspraak gedaan over de machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen. De zaak betreft verzoekschriften die op 2 december 2011 zijn ingediend, waarin werd verzocht om de minderjarigen uit huis te plaatsen vanwege zorgen over hun opvoedingssituatie. De minderjarige sub 1 verblijft feitelijk in een residentiële instelling, terwijl de minderjarige sub 2 in een pleegzorgvoorziening verblijft. De moeder van de minderjarigen, die alleen het ouderlijk gezag uitoefent, is gediagnosticeerd met de ziekte van Huntington, wat leidt tot ernstige gedrags- en cognitieve problemen. De moeder ontkent haar ziekte en weigert hulpverlening, wat de situatie van de minderjarigen verder compliceert.
De kinderrechter heeft op 2 december 2011 al een machtiging verleend voor de uithuisplaatsing van de minderjarigen, die geldig was tot 14 december 2011. Tijdens de zitting op 12 december 2011 is de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder en haar advocaat aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van Bureau Jeugdzorg. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder niet in staat is om voor de minderjarigen te zorgen en dat er geen zicht is op verbetering van de situatie. De vader van de minderjarigen was niet verschenen.
De kinderrechter heeft besloten om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen van 14 december 2011 tot 22 december 2011, in afwachting van verdere ontwikkelingen en het verhoor van de minderjarige sub 1. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de uithuisplaatsing onmiddellijk kan worden uitgevoerd, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die de moeder zou kunnen aanwenden. De kinderrechter heeft de verzoeken voor het overige aangehouden tot de volgende zitting op 22 december 2011.