ECLI:NL:RBSGR:2011:BT6906
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Ontzetting van het gezag van een vader wegens slecht levensgedrag en veroordeling voor ontucht en kinderpornografie
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 20 september 2011 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontzetting van de vader van het gezag over zijn kinderen. De vader was veroordeeld voor ontucht met minderjarigen en voor het bezit en verspreiden van kinderpornografie. De vrouw, de moeder van de kinderen, verzocht om ontzetting van de vader van het ouderlijk gezag, stellende dat er sprake was van grove verwaarlozing en slecht levensgedrag aan de zijde van de vader. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de minderjarigen niet direct betrokken waren bij de strafbare feiten van de vader, deze gedragingen wel degelijk invloed hadden op de opvoedingsvaardigheden van de vader en het veiligheidsgevoel van de kinderen. De rechtbank concludeerde dat de vader zich had gediskwalificeerd als gezaghebbende ouder en dat het in het belang van de minderjarigen noodzakelijk was om hem van het gezag te ontzetten. De rechtbank hield verdere beslissingen over omgang en proceskosten aan, en verzocht de Raad voor de Kinderbescherming om een onderzoek te verrichten naar de omgangsregeling. De zaak werd aangehouden tot 1 april 2012 voor verdere behandeling.