ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ7353
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- C.W.M. Giesen
- E.A. Kreb
- Rechtspraak.nl
Schorsing van terugkeerbesluit wegens ontbreken vertrektermijn in strijd met Terugkeerrichtlijn
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 21 april 2011 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een bezwaar tegen een terugkeerbesluit. Verzoeker, een Ghanese vreemdeling, had bezwaar gemaakt tegen het terugkeerbesluit van 31 maart 2011, waarin hem geen vertrektermijn was gegund. Verzoeker stelde dat dit in strijd was met de Terugkeerrichtlijn, die vereist dat een vreemdeling een vertrektermijn van minimaal zeven dagen moet krijgen. De voorzieningenrechter oordeelde dat het terugkeerbesluit niet in overeenstemming was met de Terugkeerrichtlijn, omdat artikel 62, derde lid, onder b, van de Vreemdelingenwet 2000 niet kan worden gezien als een implementatie van de bepalingen in artikel 7 van de Terugkeerrichtlijn. Dit artikel beschrijft enkel situaties waarin aan onrechtmatig verblijf geen rechtmatig verblijf is voorafgegaan, en biedt geen ruimte voor de vereiste vertrektermijn.
De voorzieningenrechter wees het verzoek toe en schorste het bestreden besluit totdat verweerder op het bezwaar had beslist, en in ieder geval tot zeven dagen na 22 april 2011. De voorzieningenrechter benadrukte dat de Terugkeerrichtlijn in beginsel altijd van toepassing is bij onrechtmatig verblijf en dat er criteria moeten zijn op basis waarvan van de hoofdregel kan worden afgeweken. De voorzieningenrechter concludeerde dat het standpunt van verweerder niet in overeenstemming was met het systeem van de Terugkeerrichtlijn, en dat de enkele onrechtmatigheid van het verblijf niet voldoende was om geen vertrektermijn te bieden. De uitspraak werd mondeling gedaan, en er stond geen hoger beroep open tegen deze beslissing.