ECLI:NL:RBSGR:2011:BQ3460
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugvordering studiekosten bij niet verlengen van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in strijd met redelijkheid en billijkheid
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 23 februari 2011 uitspraak gedaan over de terugvordering van studiekosten door een werkgever van een werknemer. De werknemer was op 23 juni 2008 in dienst getreden bij de werkgever op basis van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van één jaar. Bij indiensttreding was overeengekomen dat de werkgever de studiekosten van de werknemer zou betalen, met de voorwaarde dat de werknemer deze kosten zou terugbetalen indien hij binnen 36 maanden na betaling uit dienst zou treden. De arbeidsovereenkomst is echter niet verlengd na het eerste jaar, wat leidde tot een geschil over de terugbetaling van de studiekosten van € 3.233,26.
De werkgever vorderde betaling van deze studiekosten, stellende dat de werknemer op eigen initiatief de arbeidsovereenkomst niet had verlengd. De werknemer betwistte dit en voerde aan dat de werkgever het initiatief had genomen om de overeenkomst niet te verlengen. De kantonrechter oordeelde dat de onduidelijkheid over de bedoeling van de bepaling omtrent de studiekosten voor rekening en risico van de werkgever diende te blijven. De kantonrechter concludeerde dat de werknemer redelijkerwijs mocht aannemen dat hij alleen verplicht was de studiekosten terug te betalen als hij zelf het initiatief had genomen om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
Uiteindelijk wees de kantonrechter de vordering van de werkgever af en oordeelde dat de werkgever de kosten van de procedure diende te vergoeden. Dit vonnis benadrukt het belang van duidelijke afspraken in arbeidsovereenkomsten en de noodzaak voor werkgevers om onduidelijkheden in contracten te vermijden.