ECLI:NL:RBSGR:2011:BP9841
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. van 't Laar
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de maatregel van vreemdelingenbewaring en verzoek om schadevergoeding
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 23 maart 2011 uitspraak gedaan in een procedure over de voortduren van de vreemdelingenbewaring van eiser, die de Togolese nationaliteit bezit. Eiser had eerder beroep ingesteld tegen de oplegging van de maatregel van bewaring, welke door de rechtbank nevenzittingsplaats Roermond ongegrond was verklaard. Op 10 maart 2011 heeft eiser opnieuw beroep ingesteld tegen het voortduren van de maatregel van bewaring, waarbij hij tevens verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bewaring op 3 maart 2011 was opgeheven, en dat er geen rechtens te beschermen belang meer was voor het beroep. Hierdoor verklaarde de rechtbank het beroep niet ontvankelijk.
De rechtbank oordeelde dat het verzoek om schadevergoeding niet in behandeling kon worden genomen, omdat dit verzoek niet samenhing met een ontvankelijk beroep. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een rechtens te beschermen belang bij het indienen van beroep tegen het voortduren van de maatregel van bewaring. De rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van het verzoek om schadevergoeding, omdat het beroep tegen het voortduren van de bewaring niet ontvankelijk was. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep open tegen deze beslissing.