Verzoek en verweer
Met het oog op de leesbaarheid van deze beschikking herhaalt de rechtbank dat met betrekking tot de kinder- en partneralimentatie thans ter beoordeling voorliggen de verzoeken van de vader om bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad en kosten rechtens:
IV. de tussen partijen overeengekomen kinder- en/of partneralimentatieafspraken
wegens dwaling te vernietigen;
V. primair te bepalen, indien het onder sub IV verzochte wordt toegewezen, de kinderalimentatie met ingang van 1 mei 2009 te bepalen op € 602,50 respectievelijk € 900,- per kind per maand, dan wel zodanig lager dan € 1150,- per kind per maand;
VI. subsidiair te bepalen, indien het onder sub IV verzochte wordt afgewezen, de kinderalimentatie wegens grove miskenning van de wettelijke maatstaven dan wel onjuiste of onvolledige gegevens met ingang van 1 mei 2009 te wijzigen en mitsdien zal bedragen € 900,- per kind per maand, dan wel zodanig lager dan
€ 1150,- per kind per maand, en voorts de partneralimentatie met ingang van 1 mei 2009 te wijzigen en nihil te stellen, dan wel zodanig lager dan € 850,- per maand;
VII. meer subsidiair te bepalen, dat de kinderalimentatie met ingang van 1 november 2009 wordt gewijzigd naar € 888,50 per kind per maand, dan wel zodanig lager dan € 1150,- per kind per maand, en voorts de partneralimentatie - indien deze niet eerder tot nihil mocht zijn gewijzigd - met ingang van 1 november 2009 te wijzigen en zal bedragen nihil, dan wel zodanig lager dan € 850,- per maand;
VIII. te bepalen dat de moeder aan de vader onverschuldigd betaalde partneralimentatie ad € 850,- per maand over de maanden mei tot en met november 2009 dient terug te betalen;
IX. te bepalen dat, indien en voor zover nodig, de door de vader eventueel opgelopen achterstand in de betaling van de verschuldigde partneralimentatie op nihil te stellen, althans een zodanig lager bedrag als uw rechtbank in goede justitie juist en redelijk zal achten;
overeenkomstig het daaromtrent gestelde in het verzoekschrift onder punt IV tot en met IX, alsmede, onder handhaving van de hiervoor genoemde verzoeken, de aanvullende verzoeken om:
X onder handhaving van hetgeen sub VII in het petitum van het inleidend verzoekschrift meer subsidiair is verzocht, tevens aanvullend meer subsidiair te bepalen dat:
- de door de vader aan de moeder verschuldigde kinderalimentatie wegens wijziging van omstandigheden m.i.v. 1 november 2010 wordt gewijzigd en mitsdien zal bedragen € 996,50 per kind per maand, dan wel zodanig bedrag per kind per maand als de rechtbank in goede justitie redelijk en juist zal achten;
- de door de vader aan de moeder verschuldigde kinderalimentatie wegens
wijziging van omstandigheden m.i.v. 1 maart 2010 wordt gewijzigd en mitsdien zal bedragen € 318,-- per kind per maand, dan wel zodanig bedrag per kind per maand als de rechtbank in goede justitie redelijk en juist zal achten;
- de door de vader aan de moeder verschuldigde kinderalimentatie wegens
wijziging van omstandigheden m.i.v. 1 juni 2010 wordt gewijzigd en mitsdien zal bedragen € 691,-- per maand, indien en zolang de omgangskosten ca € 85,-- per maand zullen bedragen, dan wel zodanig bedrag per kind per maand als de rechtbank in goede justitie redelijk en juist zal achten;
- de door de vader aan de moeder verschuldigde partneralimentatie wegens
wijziging van omstandigheden m.i.v. 1 november 2009, m.i.v. 1 maart 2010 en vervolgens m.i.v. 1 juni 2010 wordt gewijzigd en mitsdien zal bedragen nihil per maand, dan wel telkens zodanig lager bedrag dan bruto € 850,-- per maand, ingaande 01-01-2010 verhoogd tot bruto € 869,55 per maand, als de rechtbank in goede justitie juist en redelijk zal achten;
XI onder handhaving van hetgeen sub VIII in het inleidend verzoekschrift d.d. 22-12-2009 door de vader is verzocht te bepalen dat de moeder aan de vader tegen behoorlijk bewijs van kwijting dient terug te betalen de door hem aan de moeder onverschuldigd betaalde partneralimentatie ad € 850,-- per maand vanaf 1 november 2009, ingaande 01-01-2010 verhoogd tot € 869,55 per maand, dan wel zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie juist en redelijk zal achten;
XII tot slot te bepalen, dat indien en voor zover nodig, de vader tot betaling van de eventueel opgelopen achterstand in de betaling van de verschuldigde kinder- en partneralimentatie, indien en voor zover daarvan nog rechtens sprake zal blijken te zijn, te bepalen op nihil, althans op zodanig bedrag als uw rechtbank in goede justitie juist en redelijk zal achten;
overeenkomstig de aanvullende verzoeken zoals gedaan in het verweerschrift contra het zelfstandig verzoek, tevens aanvullend verzoekschrift (met producties).