ECLI:NL:RBSGR:2011:BP5578
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Knijff
- E.A.G.M. van Rens
- I.E.W. Gonzales
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in strafzaak wegens steken met een mes
In de zaak van de verdachte, die samen met medeverdachte [X] wordt verdacht van het steken van [A] met een mes, heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 18 februari 2011 uitspraak gedaan. De verdachte en medeverdachte wijzen elkaar aan als dader, maar er zijn geen overtuigende aanwijzingen voor mededaderschap. De rechtbank heeft zich geconfronteerd gezien met de vraag of bewezen kan worden dat de verdachte [A] heeft gestoken. Op basis van het wettig bewijs kan deze vraag bevestigend worden beantwoord, maar ook in de zaak van medeverdachte [X] is voldoende bewijs aanwezig voor een bewezenverklaring. De rechtbank benadrukt dat de overtuiging de doorslag moet geven, en bij gebrek aan overtuiging spreekt zij de verdachte vrij.
De rechtbank heeft de verklaringen van getuigen en de aangever kritisch beoordeeld. Aangever [A] heeft niet gezien wie hem heeft gestoken en zijn verklaring is niet betrouwbaar. De getuigen hebben ook geen directe waarnemingen gedaan. De enige getuige die dacht te weten wie de dader was, heeft zijn verklaring later gewijzigd, wat de betrouwbaarheid van zijn getuigenis ondermijnt. De rechtbank concludeert dat er onvoldoende bewijs is om de verdachte te veroordelen.
De rechtbank wijst ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf af, omdat de verdachte wordt vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. De beslissing is genomen na een zorgvuldige afweging van het bewijs en de verklaringen van betrokkenen.