ECLI:NL:RBSGR:2010:BP0394
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op administratief beroep inzake toegang tot Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 17 december 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een Iraanse nationaliteit, en de Minister van Justitie. Eiseres had op 31 december 2009 een verzoek om toegang tot Nederland ingediend, dat door verweerder was geweigerd. Namens eiseres werd op 15 januari 2010 een administratief beroep ingesteld tegen deze weigering. Eiseres stelde dat verweerder niet tijdig had beslist op dit administratief beroep, en heeft op 13 april 2010 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door verweerder.
De rechtbank overweegt dat op grond van artikel 7:24 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een beslistermijn van 16 weken geldt, en dat deze termijn nog niet was verstreken op het moment van het indienen van het beroep. Bovendien had verweerder de beslistermijn op grond van artikel 7:24, lid 4, Awb verdaagd. De rechtbank concludeert dat verweerder niet te laat heeft beslist en dat het beroep van eiseres niet-ontvankelijk is, omdat er geen procesbelang meer is. Dit werd verder versterkt door het feit dat de gemachtigde van eiseres had aangegeven geen inhoudelijk oordeel meer te wensen.
De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af, omdat het beroep niet-ontvankelijk is verklaard. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. J.F. Miedema, in aanwezigheid van griffier N.E. Joacim. Eiseres heeft inmiddels toegang tot Nederland verkregen, waardoor het procesbelang aan het beroep is komen te ontvallen. De rechtbank heeft ook aangegeven dat tegen deze uitspraak verzet kan worden gedaan binnen zes weken na verzending van de uitspraak door de griffier.