ECLI:NL:RBSGR:2010:BO1954
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- J.J. Klomp
- H. Nummerdor
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake verblijfsvergunning voor medische behandeling
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage op 26 oktober 2010 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, een vrouw wonende te Rotterdam, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd met als doel medische behandeling. Deze aanvraag werd door de Minister van Justitie, thans de Minister van Integratie en Asiel, afgewezen bij besluit van 4 december 2009. Verzoekster maakte bezwaar tegen deze afwijzing en diende op 7 december 2009 een verzoek om een voorlopige voorziening in. Het bezwaar werd op 11 februari 2010 ongegrond verklaard, waarna verzoekster op 18 maart 2010 beroep instelde tegen dit besluit.
De voorzieningenrechter overwoog dat ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een voorlopige voorziening kan worden getroffen indien onverwijlde spoed dat vereist. Echter, op het moment van de uitspraak was er een relevante uitspraak gedaan in een andere procedure (procedurenummer AWB 10/10311), waarbij het beroep van verzoekster tegen het besluit van 11 februari 2010 niet-ontvankelijk was verklaard. Hierdoor was er geen hoofdzaak meer waar het verzoek om voorlopige voorziening mee samenhing, wat betekende dat de voorzieningenrechter niet meer in staat was om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter concludeerde dat het verzoek om voorlopige voorziening derhalve voor afwijzing in aanmerking kwam. De uitspraak werd gedaan door mr. J.J. Klomp, voorzieningenrechter, en ondertekend door mr. H. Nummerdor, griffier.