ECLI:NL:RBSGR:2010:BN8834
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bewaring van vreemdeling in strafrechtelijke detentie en de toepassing van artikel 5.2 Vreemdelingenbesluit 2000
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 20 augustus 2010 uitspraak gedaan in een beroep tegen de bewaring van een Nigeriaanse vreemdeling, die in strafrechtelijke detentie was. De vreemdeling, eiser, was op 1 oktober 2009 in strafrechtelijke detentie genomen en op 27 juli 2010, de laatste dag van zijn detentie, werd hij gehoord op grond van artikel 5.2, eerste lid van het Vreemdelingenbesluit 2000. Op 28 juli 2010 werd hij op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000 in bewaring gesteld. Eiser betoogde dat hij ten onrechte was opgehouden en dat de wettelijke termijn voor ophouding was overschreden. De rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van ophouding, omdat er geen rechtsregel was die het horen tijdens strafrechtelijke detentie verbood. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af. Partijen hebben de mogelijkheid om binnen een week hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.