ECLI:NL:RBSGR:2010:BN7276
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.C. Ritsema van Eck-van Drempt
- J.A. van Steen
- W.M.A. der Weduwe-de Groot
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot meerderjarigverklaring van een minderjarige moeder
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 2 september 2010 uitspraak gedaan in een verzoek tot meerderjarigverklaring van een minderjarige moeder, die onder toezicht was gesteld. Het verzoek was ingediend om het gezag over haar kind te kunnen uitoefenen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder, geboren op [geboortedatum] 1994, op dat moment zestien jaar oud was en dat zij al enige tijd zorg droeg voor haar kind, geboren op [geboortedatum] 2009. De moeder had de instemming van haar eigen moeder, maar de vader van de minderjarige was niet verschenen en werd niet als belanghebbende aangemerkt.
De Raad voor de Kinderbescherming had in een eerder rapport geadviseerd om het verzoek af te wijzen, maar wijzigde zijn standpunt ter terechtzitting en adviseerde tot toewijzing. De rechtbank heeft echter geconcludeerd dat, hoewel de moeder zich verantwoordelijk opstelde, zij op dat moment niet over de benodigde rijpheid beschikte om het gezag uit te oefenen. De rechtbank benadrukte dat gezagsuitoefening meer inhoudt dan alleen de feitelijke verzorging van het kind en dat de ontwikkeling van de moeder nog niet op een niveau was dat zij deze verantwoordelijkheid kon dragen.
De rechtbank heeft ook overwogen dat de gedwongen hulpverlening die de moeder zou ontvangen in het kader van de ondertoezichtstelling, haar zou moeten helpen om haar ontwikkelingstaken te vervullen. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten het verzoek tot meerderjarigverklaring af te wijzen, met de overweging dat het in het belang van zowel de moeder als het kind niet wenselijk was om het verzoek toe te wijzen. De beschikking is gegeven door een meervoudige kamer van kinderrechters en is openbaar uitgesproken.