ECLI:NL:RBSGR:2010:BN4527

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
3 augustus 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/561 F
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verzet
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van faillietverklaring wegens onjuiste vennootschap

In deze zaak gaat het om een verzet tegen een faillietverklaring van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid De Boerderij v/h In de Drie Hooibargen B.V., die op 27 juli 2010 failliet was verklaard. De opposant, vertegenwoordigd door mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt, stelde dat er geen vorderingen op haar rustten van de aanvragers van het faillissement. De rechtbank heeft op 3 augustus 2010 de zaak behandeld en vastgesteld dat de faillissementsaanvraag zich richtte tegen een onjuiste vennootschap. De aanvragers hadden op 2 augustus 2010 facturen ingediend, maar de rechtbank oordeelde dat de gefailleerde geen bestellingen had gedaan bij de aanvragers en dat er geen bewijs was dat de gefailleerde de debiteur was van de aanvragers. De curator, mr. A.S. Douma, bevestigde dat de vorderingen niet op de opposant betrekking hadden, maar op een opvolgende vennootschap die de exploitatie van het restaurant had overgenomen. De rechtbank concludeerde dat de faillissementsaanvraag ten onrechte was ingediend en vernietigde de faillietverklaring. De beslissing over de faillissementskosten zou in een latere beschikking worden vastgesteld.

Uitspraak

RECHTBANK 's-GRAVENHAGE
sector civiel recht - enkelvoudige kamer
In het faillissement van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DE BOERDERIJ v/h IN DE DRIE HOOIBARGEN B.V.
ten tijde van de faillietverklaring statutair gevestigd te Zoetermeer,
vestigingsadres: Schansbaan 90,
correspondentieadres: Heuvelweg 4,
ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Haaglanden onder nummer 27252002,
heeft gefailleerde (hierna te noemen opposant),
procesadvocaat: mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt,
een verzoekschrift met bijlagen ingediend strekkende tot vernietiging van het vonnis van 27 juli 2010, waarbij opposant in staat van faillissement werd verklaard met benoeming van mr. J. Tanger tot rechter-commissaris en aanstelling van mr. A.S. Douma, advocaat te Rijswijk, als curator.
Het verzet is tijdig ingesteld.
Het verzoek is op 3 augustus 2010 ter terechtzitting behandeld.
Bij deze behandeling zijn verschenen:
- de heer [Y.] en de heer [Z.], namens opposant;
- mr M.C.V. Dornstedt, advocaat van opposant;
- mr A.S. Douma, curator;
- mr L.M. Ravestijn, advocaat van aanvragers van het faillissement.
Standpunt opposant
Opposant stelt zich op het standpunt dat sprake is van een inactieve vennootschap, dat zij geen bestellingen bij de aanvragers van het faillissement heeft gedaan, laat staan goederen of diensten van een van beide aanvragers heeft ontvangen. Aan het verzoekschrift tot faillietverklaring zijn geen bewijsstukken gehecht waaruit blijkt dat gefailleerde bestellingen bij de aanvragers van het faillissement heeft gedaan. Er zijn ook geen facturen bijgevoegd. Opposant is niet de debiteur van verzoekers. Het salaris en de kosten moeten ten laste van de aanvragers worden gebracht.
Standpunt aanvragers
Aanvragers hebben op 2 augustus 2010 facturen ingezonden, geadresseerd aan 'Restaurant De Drie Hooibargen'dan wel 'Restaurant In de Drie Hooibargen', Zegwaartseweg 31, 2723 PA Zoetermeer. Aanvragers hebben opposant terecht aangesproken, aangezien de bestellingen steeds zijn gedaan door de chefkok namens 'Restaurant In de drie Hooibargen'. Opposant is de enige onderneming die in de periode van de leveringen de naam 'In de Drie Hooibargen' droeg en een horeca-zaak exploiteerde. Daarvan hebben aanvragers zich vergewist. Er is door opposant nooit enig inhoudelijk verweer gevoerd, ook niet nadat opposant de oproep van de rechtbank om op de faillissementszitting te verschijnen, had ontvangen. Pas nu - ter gelegenheid van het verzet - zijn documenten overgelegd waaruit blijkt dat opposant de onderneming aan een ander heeft overgedragen.
Visie curator
De curator in het faillissement stelt - kort weergegeven - dat het faillissement ten onrechte is uitgesproken op basis van vermeende vorderingen van aanvragers. De vorderingen regarderen niet opposant, doch een opvolgend exploitant. Er is voorts onvoldoende grond om aan te nemen dat sprake zou zijn van een toestand van hebben opgehouden te betalen. De curator heeft een opgave van de gewerkte uren overgelegd.
Beoordeling
De rechtbank oordeelt als volgt.
Aanvragers hebben in hun verzoekschrift van 2 juli 2010 het faillissement van opposant verzocht, daarbij vermeldend: 'statutair gevestigd en kantoorhoudende te Zoetermeer aan de Schansbaan 90'. Daarbij is gevoegd een uittreksel uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (hierna: de KvK), gedateerd 1 juli 2010, waaruit blijkt dat opposant twee adressen voert: het statutaire adres Schansbaan 90 en het correspondentieadres Heuvelweg 4, met als bedrijfsomschrijving 'partycentrum waaronder begrepen de exploitatie van een horecagelegenheid'.
De rechtbank heeft opposant op 9 juli 2010 aangetekend met handtekening retour op de twee in de KvK vermelde adressen opgeroepen. De oproep gericht aan de Heuvelweg 4 is daar blijkens de geretourneerde handtekening retourkaart van TNT Post ontvangen en ondertekend door een onbekend persoon die zijn of haar naam niet heeft ingevuld. Ter zitting is daarvan namens opposant gezegd dat op het adres Heuvelweg 4 een bowlingcentrum is gevestigd en dat de receptioniste de aangetekende brief zal hebben aangenomen.
De rechtbank oordeelt op grond van het voorgaande dat opposant vanaf de ontvangstdatum van de oproep op de hoogte was van de tegen haar ingediende faillissementsaanvraag. Het beroep op de omstandigheid dat een receptioniste op het in de KvK gepubliceerde correspondentieadres van de vennootschap de post aanneemt, kan opposant niet baten. Ter zitting is daarvan door de advocaat van aanvragers overigens onweersproken gesteld dat de heer [Y.] na ontvangst van de oproep met het kantoor van de advocaat heeft getelefoneerd. Hieruit blijkt dat ook de heer [Y.] in persoon op de hoogte moet zijn geweest van de aanvraag.
Uit de op 2 augustus 2010 door aanvragers van het faillissement overgelegde facturen blijkt dat die niet aan één van beide adressen van opposant zijn gezonden, doch aan het adres Zegwaartseweg 31, hetgeen blijkens een ter faillissementszitting overhandigde print (gedateerd 27-7-2010) van de internetsite van het restaurant de plaats is waar het restaurant zich feitelijk bevindt. Op die print wordt het restaurant aangeduid als 'Drie Hooibargen B.V., Zegwaartseweg 31, 2723 PA Zoetermeer'.
Op basis van de door opposant bij het verzetschrift gevoegde stukken, waaronder een 'Koopovereenkomst onderneming' van 8 oktober 2007 en het verhandelde ter zitting, staat thans vast dat de exploitatie van het restaurant 'In de Drie Hooibargen' ten tijde van de verzending van de facturen en ook thans niet langer door opposant geschiedt, maar door een andere, opvolgende vennootschap, genaamd T.D.V. Internet B.V., welke onder meer, voor zover hier van belang, de naam 'Drie Hooibargen' als handelsnaam voert en is gevestigd aan het adres Zegwaartseweg 31 te Zoetermeer.
De rechtbank concludeert hieruit dat aanvraagster geen vorderingen op opposant had en heeft, zodat de faillissementsaanvraag zich tegen een onjuiste vennootschap heeft gericht en dat het faillissement derhalve ten onrechte is uitgesproken.
Zoals ter zitting is besproken, zal de rechtbank het salaris van de curator en de kosten bij latere beschikking vaststellen en zich in die nadere beschikking uitspreken over de vraag wie de faillissementskosten zal moeten dragen.
BESLISSING:
De rechtbank:
- vernietigt het vonnis van deze rechtbank van 27 juli 2010, waarbij failliet werd verklaard:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DE BOERDERIJ v/h IN DE DRIE HOOIBARGEN B.V.
ten tijde van de faillietverklaring statutair gevestigd te Zoetermeer,
vestigingsadres: Schansbaan 90,
correspondentieadres: Heuvelweg 4,
ingeschreven bij de Kamer van Koophandel te Haaglanden onder nummer 27252002,
- stelt de faillissementskosten, waaronder het salaris van de curator, bij latere beschikking vast;
- houdt aan de beslissing over de vraag wie de faillissementskosten zal moeten dragen.
Gewezen door mr. D.R. van der Meer en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 augustus 2010 in aanwezigheid van mr. B.M.J.W. Robeerst, griffier.
LS58