ECLI:NL:RBSGR:2009:BL5692
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.M.F. Holtrop
- P.C. Stroebel
- Rechtspraak.nl
Terecht opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting na aankoop parkeerkaartje
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 15 september 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, [X], en de heffingsambtenaar van de gemeente [P] over een naheffingsaanslag parkeerbelasting. De naheffingsaanslag van € 50,90 werd opgelegd omdat eiser op 20 september 2008 om 15.05 uur zijn auto had geparkeerd zonder geldig betaalbewijs. Eiser kocht pas om 15.10 uur een parkeerkaartje, wat volgens de rechtbank niet binnen een redelijke tijd na aanvang van het parkeren was. De rechtbank oordeelde dat de parkeerbelasting niet was voldaan op het moment van de naheffing, en verklaarde het beroep van eiser ongegrond.
De rechtbank overwoog dat een parkeerder een redelijke tijd moet worden gelaten om de parkeerapparatuur in werking te stellen, maar dat in dit geval de tijd tussen de naheffing en de aankoop van het parkeerkaartje te lang was. Eiser had aangevoerd dat hij bezig was met het verkrijgen van een parkeerkaartje, maar de rechtbank vond dit onvoldoende bewijs om de naheffingsaanslag te weerleggen. De rechtbank concludeerde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan in het kader van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Verordening parkeerbelasting 2008 van de gemeente Den Haag. Eiser had de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te 's-Gravenhage. De rechtbank bevestigde dat de uitnodiging voor de zitting op de juiste wijze was verzonden, ondanks dat eiser niet was verschenen. De zaak benadrukt het belang van tijdige betaling van parkeerbelasting en de verantwoordelijkheden van parkeerders.