ECLI:NL:RBSGR:2009:BK6521
Rechtbank 's-Gravenhage
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding voor tijd in verzekering en voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 1 december 2009 uitspraak gedaan in een verzoekschrift ex artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering. Verzoeker, die op 28 augustus 2007 in verzekering werd gesteld en op 31 augustus 2007 in voorlopige hechtenis werd genomen, heeft in totaal 16 dagen in detentie doorgebracht. Van deze 16 dagen heeft hij 13 dagen in voorlopige hechtenis doorgebracht, waarvan een deel in beperkingen. Verzoeker heeft een schadevergoeding van € 3.570,- gevorderd voor de dagen die hij in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de standaardvergoeding van € 95,- per dag voldoende is. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker recht heeft op een schadevergoeding van in totaal € 1.235,- voor de 13 dagen in voorlopige hechtenis. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de omstandigheden waaronder verzoeker in detentie heeft gezeten, maar heeft geen aanleiding gezien om een hogere vergoeding toe te kennen. De rechtbank heeft de argumenten van de raadsvrouw van verzoeker, die stelde dat de omstandigheden van de verhoren en de publiciteit rondom de zaak een hogere vergoeding rechtvaardigen, niet overtuigend geacht. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de immateriële schade al is verdisconteerd in de forfaitaire vergoeding en dat er geen extra vergoeding voor immateriële schade wordt toegekend. De rechtbank heeft het verzoek om een hogere schadevergoeding afgewezen en heeft de beslissing op schrift gesteld.