ECLI:NL:RBSGR:2009:BK1063
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van vaderschap en aanhouding voor overleggen van stukken
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 29 juni 2009 een beschikking gegeven inzake de vaststelling van het vaderschap van een man met betrekking tot een kind. Het verzoekschrift, ingediend op 23 september 2008, strekt ertoe het vaderschap van de man vast te stellen en de geslachtsnaam van het kind te laten luiden als [C]. De moeder van het kind heeft als grond voor haar verzoek aangevoerd dat de man de verwekker van het kind is, ondersteund door een rapport van Verilabs Nederland B.V. dat met 99,999% zekerheid aantoont dat de man de biologische vader is.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder en de man beiden in Nederland wonen, waardoor de Nederlandse rechter bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen. De moeder heeft haar verzoek tijdig ingediend, binnen vijf jaar na de geboorte van het kind. De bijzonder curator heeft in zijn verweerschrift en ter zitting gesteld dat de vaststelling van het vaderschap in het belang van het kind is. De man heeft geen verweer gevoerd en samen met de moeder verzocht om de geslachtsnaam van het kind te laten luiden als [C].
De rechtbank heeft overwogen dat op grond van artikel 1:207, lid 2, BW de vaststelling van het vaderschap niet kan plaatsvinden zolang het kind twee ouders heeft. Dit betekent dat de beslissing tot vaststelling van het vaderschap pas kan worden genomen nadat de geboorteakte van het kind is verbeterd. De rechtbank heeft daarom de behandeling van het verzoek pro forma aangehouden tot 1 januari 2010, zodat de moeder de gelegenheid krijgt om een verbeterde geboorteakte over te leggen. De beschikking is gegeven door mr. J.A. van Steen en uitgesproken ter openbare terechtzitting.