ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ9579
Rechtbank 's-Gravenhage
- Verzet
- G.W.S. de Groot
- Rechtspraak.nl
Beslissing over verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep inzake redelijke termijn bij COA
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 5 oktober 2009 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tegen een eerdere uitspraak van 5 juni 2009, waarin het beroep van opposante niet-ontvankelijk was verklaard op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Opposante had beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA). De rechtbank overweegt dat er in dit geval geen wettelijke beslistermijn was vastgesteld, waardoor de redelijke termijn uit artikel 4:13 Awb normatief is. De gemachtigde van opposante stelde dat van verweerder verwacht mocht worden dat er binnen een redelijke termijn, korter dan de uiterste beslistermijn van acht weken, een beschikking zou worden gegeven. De rechtbank concludeert dat de periode van acht weken niet als minimum, maar als maximum moet worden beschouwd. Gelet op de omstandigheden van de zaak, oordeelt de rechtbank dat het beroep niet prematuur was en dat de eerdere niet-ontvankelijk verklaring onterecht was. Het verzet wordt gegrond verklaard, en het onderzoek zal worden voortgezet in de stand waarin het zich bevond, met een beslissing over de kosten van de verzetprocedure.