ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ8172
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de thincapregeling in vennootschapsbelasting bij binnenlandse deelnemingen
In deze zaak, uitgesproken op 31 juli 2009 door de Rechtbank 's-Gravenhage, betreft het een geschil over de toepassing van artikel 10d, eerste lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (de thincapregeling). Eiseres, [X] B.V., had bezwaar gemaakt tegen de verliesvaststellingsbeschikking van de inspecteur van de Belastingdienst, die een deel van de rente op grond van de thincapregeling niet in aftrek had toegelaten. De rechtbank oordeelde dat de thincapregeling van toepassing is in alle gevallen die de wet noemt, en niet alleen in situaties met buitenlandse deelnemingen. Dit betekent dat de regeling niet alleen betrekking heeft op de jaarwinst, maar op de totaalwinst van de vennootschap. De rechtbank concludeerde dat als de rente niet voor aftrek in aanmerking komt, deze ook niet kan worden geactiveerd.
De rechtbank nam in overweging dat eiseres niet ontkende dat de argumenten van de verweerder in overeenstemming waren met de wet, maar stelde dat de toepassing van de thincapregeling in dit geval in strijd was met de redelijkheid en billijkheid. De rechtbank wees dit argument af, aangezien het niet aan de rechter is om de billijkheid van de wet te beoordelen. Eiseres had ook geen feiten of omstandigheden aangevoerd die tot een ander oordeel zouden kunnen leiden. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en legde een proceskostenveroordeling op.
De uitspraak benadrukt de strikte toepassing van de thincapregeling en de beperkingen die deze oplegt aan vennootschappen met betrekking tot de aftrekbaarheid van rente. Dit heeft belangrijke implicaties voor de fiscale behandeling van vennootschappen die gebruik maken van financieringsstructuren die in de bouwsector gebruikelijk zijn.