ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ3876
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verwijzing naar de sector kanton van de rechtbank Rotterdam in een civiele zaak met betrekking tot onverschuldigde betaling
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, vorderde de naamloze vennootschap Direktbank N.V. betaling van een bedrag van € 3.500,-- van gedaagde, met wettelijke rente vanaf 23 maart 2005. De vordering was gebaseerd op onverschuldigde betaling en ongerechtvaardigde verrijking, nadat was gebleken dat gedaagde niet als contractspartij kon worden aangemerkt in de overeenkomst van geldlening die met een medegedaagde was gesloten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de handtekening van gedaagde onder de overeenkomst vervalst was, waardoor de rechtsgrond voor de betaling aan gedaagde was komen te vervallen.
De procedure omvatte meerdere stappen, waaronder dagvaarding, conclusies van antwoord en repliek, en een comparitie van partijen. De rechtbank oordeelde dat de eiswijzigingen van Direktbank niet in strijd waren met de goede procesorde en dat gedaagde voldoende gelegenheid had gehad om zich te verweren. De rechtbank kwam tot de conclusie dat de zaak moest worden verwezen naar de kantonrechter te Rotterdam, omdat de vordering onder de € 5.000,-- bleef en de kantonrechter exclusief bevoegd was om deze zaak te behandelen.
De rechtbank heeft de kostenveroordeling aan de kantonrechter te Rotterdam overgelaten, waarbij rekening gehouden moest worden met eventueel onterecht door gedaagde gemaakte kosten. De zaak is uiteindelijk verwezen naar de rolzitting van de sector kanton van de rechtbank Rotterdam, waar partijen verder dienden te procederen.