ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ3178
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Bezwaar tegen naheffingsaanslag en heffingsrente; niet-ontvankelijkheid van beroep
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, is eiseres, [X] B.V., in beroep gekomen tegen de uitspraak van de inspecteur van de Belastingdienst inzake een naheffingsaanslag van € 55.083 voor het tijdvak van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2004. De uitspraak op bezwaar van de inspecteur dateert van 11 april 2008. Eiseres heeft op 28 mei 2009 haar beroep tegen de naheffingsaanslag ingetrokken, maar persisteert in haar beroep tegen de in rekening gebrachte heffingsrente.
De rechtbank heeft zich gebogen over de vraag of de inspecteur terecht heffingsrente in rekening heeft gebracht. Volgens artikel 30j van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR) moet de inspecteur het bedrag van de heffingsrente vaststellen bij voor bezwaar vatbare beschikking. Eiseres heeft echter geen afzonderlijk bezwaarschrift ingediend tegen de beschikking inzake de heffingsrente, wat betekent dat haar bezwaar tegen de naheffingsaanslag niet ook het bezwaar tegen de heffingsrente omvat.
De rechtbank concludeert dat eiseres niet-ontvankelijk is in haar beroep, omdat zij geen bezwaar heeft gemaakt tegen de beschikking inzake de heffingsrente. De rechtbank heeft geen termen aanwezig geacht om een van de partijen te veroordelen tot vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan op 25 juni 2009, na een zitting op 12 juni 2009, waarbij eiseres werd vertegenwoordigd door haar gemachtigde en de inspecteur door een vertegenwoordiger. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te 's-Gravenhage.