ECLI:NL:RBSGR:2009:BI7929

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
12 juni 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/758211-08
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafkamer uitspraak over meerdere gewapende overvallen op Aldi en La Place

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 12 juni 2009 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die samen met anderen betrokken was bij meerdere gewapende overvallen op de Aldi in Rijswijk en restaurant La Place in Delft. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan twee overvallen op restaurant La Place en twee op de Aldi, waarbij hij en zijn mededaders het personeel onder bedreiging van vuurwapens en messen hebben gedwongen om geld en waardevolle goederen af te geven. De overvallen vonden plaats in een kort tijdsbestek, waarbij de verdachte gebruik maakte van informatie die hij had verkregen van medeverdachten die bij de betrokken winkels werkten. De rechtbank heeft de verklaringen van de medeverdachten als betrouwbaar beoordeeld, ondanks de ontkenning van de verdachte. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 jaar, waarbij rekening is gehouden met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers. De rechtbank heeft ook de inbeslaggenomen goederen behandeld en bepaald welke voorwerpen aan het verkeer zullen worden onttrokken en welke aan de verdachte zullen worden teruggegeven.

Uitspraak

RECHTBANK ‘S-GRAVENHAGE
Sector Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummer 09/758211-08
Datum uitspraak: 12 juni 2009
Tegenspraak
(Promis)
De rechtbank ’s-Gravenhage heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1986,
adres: [adres],
thans gedetineerd in de penitentiaire inrichting "Haaglanden P.C.S. unit 2" te 's-Gravenhage.
1. Het onderzoek ter terechtzitting
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 9 maart, 28 en 29 mei 2009.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. I. W. Streefland en van hetgeen door de raadsvrouw van verdachte mr. M.T. Wernsen, advocaat te 's-Gravenhage, en door de verdachte naar voren is gebracht.
2. De tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 13 september 2008 te Rijswijk tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening heeft weggenomen 18.000 euro, in elk geval een geldbedrag en/of
drie, in elk geval een of meer, afroomkluisje(s) en/of drie, in elk geval een
of meer, (blauwkleurige) kunststoftasje(s) voorzien van een slot en/of een of
meer pak(jes) sigaretten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan supermarkt Aldi (vestiging Herenstraat te Rijswijk), in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen [A] en/of [B] [C] en [E], in elk geval tegen
een of meer medewerker(s) van voornoemde Aldi, gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk
geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s):
- een bivakmuts over zijn/hun hoofd heeft/hebben getrokken en/of (vervolgens)
een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, op [C] heeft/hebben gericht en/of
- (vervolgens) voornoemde [C] voornoemde Aldi heeft/hebben binnengeduwd
en/of
- (vervolgens) die [C] en/of [E] het toilet heeft/hebben
ingeduwd, terwijl hij/zij voornoemd vuurwapen, althans op vuurwapen gelijkend
voorwerp, al die tijd op het hoofd van die [C] heeft/hebben
gericht(gehouden) en/of
- (vervolgens) tegen [B] en/of [D] heeft/hebben geschreeuwd
(terwijl hij/zij een bivakmuts op had(den)): "Ga nu liggen of ik schiet" en/of
"Meewerken anders schiet ik je neer" , althans woorden van soortgelijke
dreigende aard of strekking, terwijl hij/zij een vuurwapen, althans een op
een vuurwapen gelijkend voorwerp, op het/de hoofd(en) van die [B] en/of
[D] had(den) gericht(gehouden) en/of voornoemd vuurwapen tussen het/de hoofd(en) van die [B] en/of [D] op en neer had(den) bewogen en/of
- (vervolgens) die [B] bij zijn schouder heeft/hebben beetgepakt en/of
aan zijn overhemd omhoog heeft/hebben getrokken en/of
- (vervolgens) heeft/hebben gezegd tegen zijn/hun mededader(s),terwijl deze
een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp vast hield(en)/had(den):
"Als je iemand ziet bewegen moet je schieten", althans woorden van
soortgelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) tegen die [B] en/of [D] heeft/hebben gezegd:
"Meelopen of ik schiet. Lopen, nu lopen" en/of "Jullie telefoons op de grond",
althans woorden van soortgelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) die [B] en/of [D] naar het halletje van de
toilet(ten) heeft/hebben begeleid waar die [B] en/of [D] op de grond
moest(en) plaatsnemen/zitten en/of
- (vervolgens) die [B] aan zijn schouder omhoog heeft/hebben getrokken
en/of tegen die [B] heeft/hebben gezegd: "Hou je hoofd naar beneden,
mee komen" en/of "Je werkt nu mee en je zorgt ervoor dat de klanten uit de
winkel gaan en dat je collega naar achteren komt. De deur op slot doet. Doe je
dat niet dan schiet ik een van je collega's neer", althans woorden van soortgelijke aard of strekking, en/of (daarbij) een vuurwapen, althans een op
een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen het hoofd van die [B]
heeft/hebben geduwd/gedrukt en/of gehouden en/of
- (vervolgens) voornoemd vuurwapen, althans op een vuurwapen gelijkend
voorwerp, in de rug van die [A] heeft/hebben geduwd en/of die [A]
bij haar arm heeft/hebben vastgepakt en/of
- (vervolgens) die [A] heeft/hebben gefouilleerd en/of
- (vervolgens) die [A] en/of [B] in het toilet heeft/hebben geduwd
en/of
- (vervolgens) met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, voor de
(gesloten)deur van de/het toilet(ten) heeft/hebben gestaan (waarachter die
[A] en/of [B] en/of [C] en/of [D] en/of [E] zich bevonden) en/of
- (vervolgens) die [E] met een vuurwapen, althans een op een
vuurwapen gelijkend voorwerp, naar de kluis heeft/hebben meegenomen en/of
- (vervolgens) tegen die [E] heeft/hebben gezegd: "je liegt,
ik ga schieten, doe open", althans woorden van soortgelijke dreigdende aard
of strekking, terwijl hij/zij, een vuurwapen, althans een op een vuurwapengelijkend voorwerp, op die [E] gericht heeft/hebben (gehouden);
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op of omstreeks 02 oktober 2008 te Rijswijk tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag en/of een of meer (pakjes)
sigaretten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
supermarkt Aldi ( vestiging Herenstraat te Rijswijk), in elk geval aan een
ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal
werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging
met geweld twegen [F] en/of [G] en/of [A],
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn
mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het
gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin
bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, omhoog en
omlaag heeft/hebben gezwaaid en/of op die [F] heeft/hebben gericht
en/of
- (vervolgens)tegen die [F] en/of [G] heeft/hebben gezegd dat ze
moesten bukken en/of doorlopen en/of hun zakken leegmaken, althans woorden van
gelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) die [F] en/of [G] heeft/hebben gefouilleerd en/of
- (vervolgens) die [F] en/of [G] en/of [A] naar de toiletten
heeft/hebben gebracht en/of die [F] en/of [G] en/of [A] in
voornoemde toiletten heeft/hebben opgesloten en/of (daarbij) tegen die van
Ommeren en/of [G] en/of [A] heeft/hebben gezegd dat ze hun mond
moesten dichthouden anders zou een van hen worden neergeschoten, althans
woorden van soortgelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) die [F] uit het toilet heeft/hebben gehaald, terwijl hij een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in zijn/hun hand(en)
vasthield(en) en/of
- (vervolgens) tegen die [F] heeft/hebben gezegd dat als het alarm (
van de magazijndeuren) af zou gaan hij zou gaan schieten en dat het hem niet
uitmaakte als hij daarvoor moest gaan zitten, althans woorden van
soortgelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) die [F] heeft/hebben meegenomen naar de kluis en/of
kassa(s) terwijl hij/zij voornoemd vuurwapen, althans op vuurwapen gelijkend
voorwerp, op die [F] gericht heeft/hebben gehouden en/of
- (vervolgens) met voornoemd mes, althans scherp en/of puntig voorwerp, langs
de muur heeft/hebben geschaafd;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
3.
hij op of omstreeks 08 juli 2008 te Rijswijk tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag, in elk geval enig goed, geheel of
ten dele toebehorende aan supermarkt Aldi ( vestiging Herenstraat te
Rijswijk), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [F] en/of
[B], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld
hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- die [B] een (harde) duw heeft/hebben gegeven en/of
- ( vervolgens) een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de nek
van die [F] heeft/hebben geduwd waardoor deze gewond is geraakt en/of
- (vervolgens) met die [F] naar het kantoor van voornoemde Aldi
is/zijn gegaan, terwijl hij/zij voornoemd mes, althans scherp en/of puntig
voorwerp, tegen de nek van die [F] heeft/hebben gehouden en/of
- (vervolgens) tegen die [F] en/of [B] heeft/hebben gezegd dat ze op hun knieen moesten gaan zitten met het hoofd naar de grond, althans
woorden van soortgelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) de polsen van die [F] en/of [B] met tiewraps
(voorlangs) heeft/hebben vastgebonden en/of
- (vervolgens) (meermalen) tegen die [F] en/of [B] heeft/hebben
gezegd dat ze op hun zij moesten gaan liggen met hun gezicht afgewend en/of
- (vervolgens) onder bedreiging van voornoemd mes, althans scherp en/of puntig
voorwerp, die [F] heeft/hebben meegenomen naar de kluis en/of
- ( vervolgens) tegen die [F] en/of [B] heeft/hebben gezegd: "Doe
geen gekke dingen, wij weten jullie te vinden" en/of " Niet bewegen, anders
maak ik jullie af", althans woorden van soortgelijke aard of strekking;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
4.
hij op of omstreeks 29 september 2008 te Delft tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toeëigening heeft weggenomen 4000 euro, in elk geval een geldbedrag, in elk
geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan La Place ( vestiging A13
Rijksweg), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [H] en/of [I],
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te
maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn
mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het
gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin
bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- naar die [H] en/of [I] is/zijn gerend met een pistool, althans een op
een vuurwapen gelijkend voorwerp, in zijn/hun hand en/of
- (vervolgens) die [H] en/of [I] heeft/hebben gedwongen, onder bedreiging
van een pistool, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, naar boven
te lopen en/of de toegangsdeur te openen en/of
- ( vervolgens) gedurende de tijd dat het alarm uitgeschakeld moest worden,
voornoemd pistool, althans op vuurwapen gelijkend voorwerp, op die [H] gericht heeft/hebben gehouden en/of
- (vervolgens) tegen die [H] heeft/hebben gezegd, terwijl die [H] op zijn
knieen op de grond zat dat hij de kluis moest openmaken en dat hij geen
grappen moest maken anders ging er wat met hem gebeuren, althans woorden van
gelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) die [H] en/of [I], onder bedreiging van voornoemd
pistool, althans op vuurwapen gelijkend voorwerp, naar de dameskleedkamer
heeft/hebben gebracht en/of tegen die [H] en/of [I] heeft/hebben gezegd
dat hij/zij op de grond moest(en) liggen en/of zijn/hun telefoon moest(en)
inleveren;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
5.
hij op of omstreeks 08 september 2008 te Delft tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen 2376 euro, in elk geval een geldbedrag en/of
tien, in elk geval een of meer, hotspotkaarten à 10 euro en/of acht, in elk
geval een of meer, hotspotkaarten à 15 euro en/of acht, in elk geval een of
meer, hotspotkaarten à 30 euro en/of een portemonee met inhoud ( onder andere
inhoudende een rijbewijs en/of meerdere bankpassen) in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan La Place ( vestiging A13,Rijksweg) en/of
[J], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of
gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [J], gepleegd
met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s)
hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te
verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en)
dat verdachte en/of zijn mededader(s):
- met bivakmutsen op naar het kantoor van die [J] is/zijn gegaan en/of
tegen die [J] heeft/hebben gezegd dat als hij niet meewerkte hij zou
worden neergestoken, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) tegen die [J] heeft/hebben gezegd dat hij op de grond moest liggen, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- (vervolgens) de handen en/of voet en/of mond van die [J] heeft/hebben
(dicht)getaped en/of
- ( vervolgens) over die [J] heeft/hebben gezegd: "Steek hem maar neer",
althans woorden van gelijke aard of strekking;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
6.
hij op of omstreeks 07 september 2008 te Delft ter uitvoering van het door
verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of
anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening weg
te nemen goederen en/of geld van zijn/hun gading, geheel of ten dele
toebehorende aan La Place (vestiging A13), in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen
diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen een of meer medewerkers(s) van
voornoemde La Place, te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te
bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan
zichzelf en/of (een) aan andere deelnemer(s) van dat misdrijf hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, met een
of meer van zijn mededader(s), althans alleen
- ( met een auto, te weten een [merk]) naar voornoemde La Place
is/zijn gegaan waarbij op of aan voornoemde auto was/waren aangebracht, valse
kentekenplaten, althans kentekenplaten niet voor dat voertuig afgegeven en/of
- met een tas, inhoudende twee, in elk geval een of meer, mes(sen), althans
een scherp en/of puntig voorwerp, en/of een of meer vuilniszak(ken) en/of
twee, in elk geval een of meer, paar (stoffen) handschoenen en/of twee, in elk
geval een of meer bivakmuts(en),voornoemde La Place (vlak voor sluitingstijd)
is/zijn binnengegaan en/of
- in voornoemde La Place naar boven naar de toiletten en/of (niet voor het
publiektoegankelijke) vergaderza(a)l(en) is/zijn gelopen
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
art 310 Wetboek van Strafrecht
art 312 lid 2 ahf/sub 2 Wetboek van Strafrecht
art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair, indien het vorenstaande niet tot een bewezenverklaring en/of een
veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 07 september 2008 te Delft, althans in Nederland, tezamen
en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter voorbereiding
van het met anderen of een ander te plegen misdrijf waarop naar de wettelijke
omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten
een diefstal met geweld in vereniging, althans een met anderen of een ander te
plegen misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van
acht jaren of meer is gesteld, opzettelijk
- een plattegrond en/of
- een personenauto ([merk]) en/of
- valse kentekenplaten, althans kentekenplaten niet voor dat voertuig
afgegeven en/of
- een of meer vuilniszak(ken) en/of
- twee, in elk geval een of meer, paar (stoffen) handschoenen en/of
- twee, in elk geval een of meer mes(sen), althans een scherp en/of puntig
voorwerp en/of
- twee, in elk geval een of meer bivakmuts(en)
kennelijk bestemd tot het in vereniging begaan van dat misdrijf, heeft
verworven en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd
en/of voorhanden heeft gehad;
art 46 lid 1 Wetboek van Strafrecht
3. Het bewijs(1)
De rechtbank gaat, gelet op de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting, uit van de volgende feiten.
Op 8 juli 2008 heeft een overval plaatsgevonden op de Aldi Supermarkt aan de Herenstraat te Rijswijk. Deze overval werd gepleegd door twee personen, die met een wapen het aanwezige personeel hebben gedwongen de kluis te openen. Ook werd het personeel bedreigd en vastgebonden. De overvallers zijn er met een groot geldbedrag vandoor gegaan.
Op 7 september 2008 heeft een personeelslid van restaurant La Place, vestiging A13 te Delft, tegen sluitingstijd twee mannen aangetroffen in respectievelijk het toilet en de vergaderruimte van het restaurant. Deze mannen hadden een zwarte sporttas bij zich. Op verzoek van het personeelslid zijn de mannen vertrokken.
Op 8 september 2008 is door twee personen een overval gepleegd op restaurant La Place, vestiging A13 te Delft. Onder de woordelijke bedreiging dat de medewerker zou worden neergestoken als hij niet zou meewerken, is deze medewerker van het restaurant gedwongen de kluis te openen. Hij is hierbij bedreigd, vastgebonden en opgesloten in zijn kantoor. De overvallers zijn er met een groot geldbedrag, een aantal hotspotkaarten en de portemonnee met inhoud van de medewerker vandoor gegaan.
Op 13 september 2008 heeft wederom een overval plaatsgevonden op de Aldi supermarkt aan de Herenstraat te Rijswijk. Deze overval werd gepleegd door twee personen, voorzien van bivakmutsen, die met een vuurwapen en een mes het daar aanwezige personeel hebben bedreigd. Het personeel werd gefouilleerd en gedwongen plaats te nemen in de toiletten. Voorts werd een personeelslid onder bedreiging van een wapen gedwongen de kluis te openen. De overvallers waren blijkens de beelden van de beveiligingscamera in het bezit van een trolleykoffer. Ook bij deze overval is een groot geldbedrag alsmede afroomkluisjes, kunststof tasjes en sigaretten buit gemaakt.
Op 29 september 2008 is wederom door twee personen een overval gepleegd op restaurant La Place, vestiging A13 te Delft. Onder bedreiging van een vuurwapen zijn twee medewerkers gedwongen de toegangsdeur te openen en het alarm uit te schakelen. Voorts is een medewerker onder woordelijke bedreiging gedwongen de kluis te openen. Vervolgens zijn de medewerkers naar de dameskleedkamer gebracht en is hen gezegd dat ze op de grond moesten liggen en dat ze de telefoons in moesten leveren. Opnieuw is een groot geldbedrag buitgemaakt.
Op 2 oktober is voor de derde maal door twee personen een gewapende overval gepleegd op de Aldi supermarkt aan de Herenstraat te Rijswijk. Bij deze overval is een groot geldbedrag gestolen.
3.1 Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft aangevoerd dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan de overvallen van 8 juli 2008, 8 september 2008, 13 september 2008, 29 september 2008 en 2 oktober 2008 (feiten 1 tot en met 5). Voorts heeft verdachte zich naar het oordeel van de officier van justitie samen met anderen schuldig gemaakt aan de voorbereiding van de overval op 7 september 2008 (feit.6 subsidiair).
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank verdachte zal vrijspreken van de hem onder feit 6 primair ten laste gelegde poging tot overval.
3.2 Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard dat verdachte het hem onder feit 1 ten laste gelegde heeft begaan. Voor de overige feiten heeft de verdediging zich op het standpunt gesteld dat verdachte dient te worden vrijgesproken, nu het dossier met betrekking tot deze feiten onvoldoende wettig en overtuigend bewijs bevat. De verdediging is in dit verband van oordeel dat de door medeverdachten [B] en [K] afgelegde verklaringen niet voor het bewijs kunnen worden gebruikt nu deze onbetrouwbaar zijn. In de aangiften met betrekking tot de overvallen van 8 juli 2008 en 13 september 2008 heeft medeverdachte [B] zijn eigen rol verzwegen, derhalve is de verdediging van oordeel dat deze aangiften niet gebezigd kunnen worden voor het bewijs. Ook de overige verklaringen van medeverdachte [B] zijn naar het oordeel van de verdediging niet betrouwbaar, omdat hij alle schuld bij verdachte neer legt om zijn eigen rol in de overvallen te verdoezelen.
De verklaringen van medeverdachte [K] zouden volgens de verdediging zijn ingegeven doordat de relatie van verdachte en [K] ups en downs had.
3.3 De beoordeling van de tenlastelegging
3.3.1. bewijsmiddelen overval Aldi d.d. 13 september 2008
Uit de aangiftes die zijn gedaan door de medewerkers die bij deze overval aanwezig waren komt het volgende naar voren.
Een chauffeur van de Aldi zag dat op 13 september 2008 bij de Aldi aan de Herenstraat in Rijswijk een man, die een bivakmuts over zijn hoofd deed, zijn richting op kwam.(2) Deze man had een vierkant verchroomd vuurwapen in zijn rechterhand, welk vuurwapen hij op de chauffeur richtte.(3)
De chauffeur werd de Aldi ingeduwd en in de richting van het toilet geduwd, waarbij al die tijd het vuurwapen op zijn hoofd werd gericht.(4) Een tweede persoon, voorzien van een bivakmuts en mes, liep een paar stappen achter de chauffeur en de persoon met het vuurwapen.(5) Ook een andere medewerker werd in het toilet opgesloten(6) De man met het pistool zei tegen de andere overvaller “hier blijven” en “als je iemand ziet bewegen moet je schieten”.(7)
Een van de medewerkers die zich op dat moment nog in de winkel bevond werd onder bedreiging van een vuurwapen door een van de overvallers, die een bivakmuts droeg, bij zijn schouder beetgepakt en geleid naar de kantine. (8) Deze medewerker werd, samen met een andere medewerker vervolgens eveneens gedwongen in het toilet te gaan; ze moesten daaraan voorafgaand hun telefoons inleveren.(9) Eén medewerker werd bij het toilet daarna aan zijn schouder omhoog getrokken en onder woordelijke bedreiging en met een vuurwapen op zijn hoofd gericht, gedwongen de in de winkel aanwezige klanten naar buiten te sturen. Voorts werd hij gedwongen de in de winkel aanwezige collega mee naar achteren te nemen.(10) Deze collega werd door een van de overvallers bij de bovenarm vastgepakt en haar werd een vuurwapen in de rug geduwd. Ze werd gefouilleerd en vervolgens eveneens het toilet ingeduwd.(11) De overvaller met het mes bleef voor de deur van het toilet staan.(12)
Onder bedreiging van een vuurwapen werd de plaatsvervangend bedrijfsleider gedwongen de kluis te openen. Toen het openen van een deel van de kluis niet lukte werd hem door de overvaller met het vuurwapen gezegd: “je liegt, ik ga je schieten, doe open”. Al die tijd heeft de man het pistool op hem gericht gehad. Hierna werd hij teruggebracht naar het toilet.(13)
Blijkens een proces-verbaal van bevindingen is bij deze overval een geldbedrag van € 17.500,- weggenomen.(14)De verkoopleider van de Aldi heeft tijdens telefonisch contact met de politie aangegeven dat tevens drie afroomkluisjes en twee of drie blauwkleurige kunststoftasjes zijn weggenomen.(15)
Medeverdachte [B] heeft verklaard dat verdachte vanaf juni 2008 regelmatig interesse toonde in zijn werk bij de Aldi aan de Herenstraat te Rijswijk..Verdachte vroeg hem allerlei dingen zoals hoeveel mensen er werkten bij Aldi, hoeveel omzet er per dag was en waar de kluis stond.(16) Gevraagd naar de reden van deze interesse zei verdachte dat hij de Aldi wilde overvallen.(17)
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting heeft verdachte een bekennende verklaring afgelegd. Hij heeft verklaard dat hij op 13 september 2008 samen met een vriend de Aldi aan de Herenstraat te Rijswijk heeft overvallen. Verdachte heeft vóór de overval contact gehad met medeverdachte [B], werkzaam bij de Aldi, die hem informatie heeft verstrekt over de openingstijden van de Aldi, het aantal medewerkers dat aanwezig zou zijn ten tijde van de overval en de locatie van de kluis. Tijdens de overval heeft verdachte gebruik gemaakt van een vuurwapen en zijn mededader heeft zichtbaar een mes bij zich gedragen. Verdachte en zijn mededader hadden voordat zij de chauffeur naar binnen hadden geduwd, een bivakmuts opgedaan. Verdachte verklaarde voorts dat hij naast een geldbedrag, afroomkluisjes en kunststoftasjes, ook een aantal sloffen sigaretten heeft weggenomen.(18)
De rechtbank acht, gelet op voormelde aangiftes en getuigenverklaringen in samenhang met de bekennende verklaring van verdachte, die wordt ondersteund door de verklaring van medeverdachte [B], wettig en overtuigend bewezen dat verdachte tezamen en in vereniging met anderen op 13 september 2008 de Aldi supermarkt in Rijswijk heeft overvallen.
Met betrekking tot de tenlastegelegde bedreigingen ten aanzien van medeverdachte [B] is de rechtbank van oordeel dat, voorzover deze door de andere aanwezigen niet zijn gehoord of gezien, deze niet bewezen kunnen worden verklaard, nu medeverdachte [B] betrokken is geweest bij het plegen van de overval van 13 september 2008 en niet vastgesteld kan worden of hij zich tijdens deze overval daadwerkelijk bedreigd heeft gevoeld. De bedreigingen waarover medeverdachte [B] heeft verklaard welke wel zijn gehoord of gezien door andere medewerkers van de Aldi kunnen wel bewezen worden verklaard, nu vaststaat dat dit voor deze anderen tijdens de overval wel degelijk bedreigend is geweest .
3.3.2 vrijspraak overval Aldi d.d. 2 oktober 2008
Het dossier bevat een aantal sterke aanwijzingen dat verdachte betrokken is bij deze overval op de Aldi aan de Herenstraat te Rijswijk. Zo wijst de rechtbank op
- het proces-verbaal van bevindingen waarbij een verbalisant op basis van de bewakingsbeelden van 2 oktober 2008 van de Blokker, die naast de Aldi is gelegen, waarop twee mannen te zien zijn die in de richting van de Aldi lopen, concludeert dat het postuur van één van deze personen overeenkomt met het postuur van verdachte;
- de verklaring van de getuige [A], inhoudende dat zij voor 100% zeker weet dat de overvallers van 2 oktober 2008 dezelfde mannen zijn als de overvallers van 13 september 2008;
- het proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot casinobezoek waaruit blijkt dat verdachte met een medeverdachte op 2 oktober 2008 het casino heeft bezocht;
- de verklaring van medeverdachte [B] waarin hij aangeeft na de overval belcontact met verdachte te hebben gehad waarbij hij verdachte heeft gevraagd of deze iets met de overval te maken heeft gehad. Verdachte zou toen hebben gelachen;
- de overeenkomsten met de overval op 13 september 2008.
Vorenstaande aanwijzingen zijn echter naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om tot het wettig bewijs te komen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan deze overval.
Daarbij is van belang dat verdachte en zijn medeverdachten hebben ontkend bij deze overval betrokken te zijn geweest. Medeverdachte [B] heeft in voornoemde verklaring slechts het vermoeden geuit dat verdachte op enigerlei wijze betrokken is geweest bij deze overval. Voorts heeft getuige [A], na bovenvermelde verklaring omtrent het herkennen van de overvallers, in een meervoudige fotoconfrontatie -waarbij haar de foto van medeverdachte [L] is getoond- deze medeverdachte níet herkend. Tenslotte komt de wijze van handelen van de overvallers, inclusief het gebruik van een trolleykoffer, bij deze overval weliswaar overeen met die van de overval op 13 september 2008, echter de wijze van handelen bij de overval van 8 juli 2008 wijkt hiervan weer wezenlijk af. Daarom kan naar het oordeel van de rechtbank niet gesproken worden van een sterk overeenkomende modus operandi. Dat verdachte heeft bekend bij de overval van 13 september 2008 een trolleykoffer te hebben gebruikt, doet hieraan niets af.
Gelet op het voorgaande dient verdachte van het tenlastegelegde te worden vrijgesproken.
3.3.3 bewijsmiddelen overval Aldi d.d. 8 juli 2008
De filiaalleider van de Aldi supermarkt aan de Herenstraat in Rijswijk, [F], heeft verklaard dat hij op 8 juli 2008 om 07.00 uur samen met [B] aanwezig was om de winkel te openen. Hij zag dat vanuit de toegangsdeur twee mannen op hem af kwamen lopen. [B] kreeg van één van hen een harde duw.(19) Een van de mannen duwde een mes in de nek van [F].(20) De man zei tegen [F] “meelopen naar kantoor”. De man hield constant een mes in de nek van [F].(21) [F] is voor de man uit naar het kantoor gelopen en heeft het kantoor geopend. De man met het mes bleef achter [F] staan waarbij het mes tegen de nek van [F] werd gehouden. [B] kwam met een man achter zich het kantoor in. [F] en [B] moesten op hun knieën gaan zitten met hun hoofd naar de grond.(22) Vervolgens moesten de armen omhoog gedaan worden en werden deze gebonden met tiewraps.(23) (24) [F] kreeg te horen dat hij moest gaan liggen met zijn gezicht afgewend van de kluis.(25) [F] werd onder bedreiging van een mes meegenomen naar de kluis en hoorde dat er op enig moment van alles uit de kluis werd gehaald.(26) De overvallers hebben gezegd: “doe geen gekke dingen, wij weten jullie te vinden” en “niet bewegen, anders maak ik jullie af”.(27) (28)
Door de verkoopleider van het Aldi concern is telefonisch aan de politie medegedeeld dat bij de overval van 8 juli 2008 een geldbedrag van 24.800 euro is weggenomen.(29)
Verdachte heeft ontkend zich schuldig te hebben gemaakt aan deze overval.
Medeverdachte [B] heeft verklaard dat verdachte vanaf juni 2008 regelmatig interesse toonde in zijn werk bij de Aldi. Hij vroeg allerlei dingen zoals hoeveel mensen er werkten bij Aldi, hoeveel omzet er per dag was en waar de kluis stond.(30) Gevraagd naar de reden van deze interesse zei verdachte dat hij de Aldi wilde overvallen (31) Verdachte heeft medeverdachte [B] daarna meerdere malen gebeld om te vragen hoeveel mensen er zouden werken bij de Aldi. Op 7 juli 2008 heeft verdachte medeverdachte [B] gebeld met de vraag wie er op 8 juli 2008 bij de Aldi aan het werk zouden zijn. Medeverdachte [B] heeft verdachte verteld dat er die dag twee mensen zouden werken en dat hij zelf om 7.00 uur zou beginnen.(32) Tijdens de overval van 8 juli 2008 herkende medeverdachte [B] zonder twijfel de overvaller die zijn chef vast hield aan zijn postuur en zijn stem, als zijnde verdachte. (33) Medeverdachte [B] heeft die avond aan verdachte gevraagd wie de tweede overvaller was. Verdachte heeft hierop geantwoord dat het [bijnaam L] was.(34)
De rechtbank overweegt het volgende.
Anders dan de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de verklaringen van medeverdachte [B] betrouwbaar zijn.
Medeverdachte [B] heeft weliswaar in de eerste contacten met de politie gesteld slachtoffer te zijn geweest van de overvallen en heeft daarbij zijn daadwerkelijke betrokkenheid verhuld, echter vanaf het verhoor bij de rechter-commissaris heeft hij openheid van zaken gegeven. De rechtbank stelt vast dat de sindsdien door hem afgelegde verklaringen consistent zijn en op onderdelen ondersteund worden door andere getuigen van de overvallen. Daarbij is voorts van belang dat medeverdachte [B] niet alleen zijn medeverdachten maar ook zichzelf in die verklaringen heeft belast.
De rechtbank hecht in het bijzonder waarde aan de omstandigheid dat de verklaring van medeverdachte [B] steun vindt in de bekennende verklaring van verdachte met betrekking tot de overval d.d. 13 september 2008, te weten dat verdachte met behulp van de door medeverdachte [B] verstrekte inlichtingen die overval heeft gepleegd.
De rechtbank is derhalve van oordeel dat de verklaringen van medeverdachte [B] voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
Dat verdachte alle betrokkenheid bij deze overval heeft ontkend, acht de rechtbank in dit licht dan ook niet geloofwaardig.
Op grond van de verklaringen van medeverdachte [B] en voormelde aangifte van [F] is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard dat verdachte tezamen en in vereniging met anderen op 8 juli 2008 de Aldi supermarkt in Rijswijk heeft overvallen.
3.3.4 Bewijsmiddelen zaak La Place d.d. 7 september 2008
[M], leidinggevende bij de La Place gevestigd aan de Rijksweg A13 te Delft heeft verklaard dat hij op 7 september 2008 omstreeks 21.00 uur- 21.10 uur twee jongens op de eerste verdieping van Restaurant La Place zag lopen. De jongen met het grote postuur bleef voor de wc staan en de jongen met het normale postuur liep de vergaderruimte in. De jongens hadden daar niets te zoeken en [M] heeft ze daarom verzocht het pand te verlaten, met de mededeling dat La Place gesloten was.(35) Op het moment dat de mannen in het toilet stonden zag hij voor hen een grote zwarte sporttas op de wasbak staan. In de tas zaten ook de kleuren blauw en grijs.(36)
Medeverdachte [K] heeft verklaard dat zij werkzaam was bij La Place, vestiging aan de A13 te Delft en dat zij, haar partner, zijnde verdachte, en zijn vriend [L], bijnaam [bijnaam L], bij haar thuis een dolletje maakten over het feit dat zij La Place zouden beroven. Zij had hen bepaalde informatie over La Place verstrekt, zoals de omstandigheid dat de deuren niet afgesloten waren, waar de kluis stond, dat op zondag de opbrengst het grootst zou zijn en welke route in La Place het best gelopen zou kunnen worden. Verdachte en [L] gingen er volgens medeverdachte [K] direct serieus op in en vroegen haar goed op te letten wanneer de geldwagen kwam en welke personeelsleden er werkten. Op 7 september 2008 hoorde medeverdachte [K] van verdachte en [L] dat het die avond zou gebeuren. Verdachte en [L] vertrokken met een auto en hadden beiden een mes bij zich.(37) Medeverdachte [K] zag dat verdachte en [L] een grote donkerblauwe/zwarte sporttas inpakten met spullen. Voorts namen ze ook een aantal vuilniszakken en twee paar stoffen handschoenen mee.(38) Op hun hoofd droegen verdachte en [L] allebei een bivakmuts.(39) Verdachte heeft volgens medeverdachte [K] naar haar gebeld omdat hij autopech had. De moeder van medeverdachte [K], [moeder van K], is vervolgens naar La Place gereden met startkabels.(40) Laatstgenoemde heeft daarover verklaard dat zij naar La Place is gereden en daar verdachte en [L] met autopech aantrof. (41) Na de overval heeft medeverdachte [K] van verdachte en [L] gehoord dat ze met de tas met overvalspullen La Place binnen waren gelopen en [M] tegenkwamen. [M] had hen naar buiten gestuurd wegens sluitingstijd. Omdat de zaak nog open was, zagen verdachte en [L] af van overval.(42)
Verdachte heeft ontkend op enigerlei wijze betrokken te zijn geweest bij het tenlastegelegde.Hij heeft ter terechtzitting verklaard wel met autopech op de parkeerplaats van La Place aan de A13 te Delft te hebben gestaan en daar te zijn geholpen door de moeder van medeverdachte [K]. Echter, hij heeft ontkend die avond in het La Place restaurant te zijn geweest.
Getuige [moeder van K] heeft bij het tonen van de bewakingsbeelden van La Place van 7 september 2008, verdachte en [L] herkend als degenen die La Place binnenliepen. Zij heeft hen herkend aan hun gezicht, bouw en kleding. Voorts hadden beiden volgens de getuige dezelfde kleding aan als toen zij die avond door haar werden geholpen op de parkeerplaats bij La Place.(43)
De rechtbank overweegt als volgt.
Anders dan de verdediging is de rechtbank van oordeel dat de verklaringen van medeverdachte [K] betrouwbaar zijn. De enkele stelling van verdachte dat medeverdachte [K] uit wraak belastend jegens hem zou hebben verklaard, is niet onderbouwd noch geloofwaardig.
Medeverdachte [K] heeft, nadat zij is aangehouden, direct op consistente wijze openheid van zaken gegeven en heeft ook zichzelf in die verklaringen belast.
Uit het voorgaande volgt dat de rechtbank de verklaringen van medeverdachte [K] zal bezigen voor het bewijs. Deze verklaringen in samenhang met de voornoemde verklaringen van [M] en [moeder van K] komt de rechtbank tot het oordeel dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich tezamen met anderen schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde handelingen. Dit betekent dat de rechtbank geen geloof hecht aan de ontkennende verklaring van verdachte.
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat de door verdachte en medeverdachten gepleegde handelingen niet kunnen worden aangemerkt als een poging La Place te overvallen, maar dienen te worden gekwalificeerd als een voorbereiding daartoe.
De aanwezigheid van verdachte en een van zijn medeverdachten in La Place, tegen sluitingstijd, met een gesloten sporttas, kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden gezien als een gedraging die naar zijn uiterlijke verschijningsvorm is gericht op voltooiing van het voorgenomen misdrijf.
Anders ligt dat met betrekking tot de tenlastegelegde voorbereiding. Er is immers door medeverdachte [K] nadrukkelijk verklaard dat verdachte en [L] van plan waren La Place te overvallen en dat zij hen daartoe gedetailleerde informatie heeft verschaft. Voorts zijn volgens medeverdachte [K] verdachte en [L], in het bezit van ondermeer bivakmutsen en messen in een zwarte sporttas, op weg gegaan naar La Place en zijn zij daar door een medewerker in het toilet en de vergaderzalen gesignaleerd met een zwarte sporttas in hun bezit.
3.3.5 Bewijsmiddelen overval La Place d.d. 8 september 2008
Medeverdachte [K] heeft verklaard dat zij van verdachte hoorde dat hij de volgende dag met [L] een nieuwe poging tot een overval zou doen en dat zij zelf op die dag, 8 september 2008, ’s morgens zou beginnen met werken. Verdachte vertelde haar die dag dat zij wel zou zien hoe laat zij zouden verschijnen bij La Place om de overval nu wel te doen slagen.(44) [K] had met verdachte en [L] afgesproken dat zij de bedrijfsleider [J] naar de kantoorruimte zou lokken door hem een receptuur te vragen.(45) Rond 8.30 uur zag medeverdachte [K] verdachte en [L] door de hoofdingang binnen komen.(46) Ze liepen naar boven via trap die zij hen eerder had gewezen. Medeverdachte [K] werd gebeld door verdachte. Hij vertelde haar dat hij boven was met [L] en dat [K] de bedrijfsleider moest lokken.(47) Medeverdachte [K] heeft vervolgens haar leidinggevende gevraagd een recept uit te draaien. Ze zag hem daarop naar boven lopen en heeft toen direct verdachte gebeld zodat hij zou weten dat de leidinggevende eraan zou komen.(48)
[J], leidinggevende bij La Place vestiging A13 Delft, heeft verklaard dat hij rond 09.00 uur op 8 september 2008(49) in zijn kantoor was om een recept uit te printen op verzoek van een collega. Op dat moment kwam een man met een bivakmuts zijn kantoor in en daar achteraan kwam gelijk een tweede man met een bivakmuts op binnen.(50) [J] voelde een hand op zijn schouder en een van de mannen vroeg waar de kluissleutel was. [J] heeft de kluis geopend. De man zei dat als [J] niet meewerkte, hij zou worden neergestoken.(51) Na het openen van de kluis moest [J] op de grond gaan liggen en werd hij aan handen en voeten getapet.(52) Op het moment dat [J] aangaf dat hij een tweede kluis niet kon openen zei een van de mannen “steek hem maar neer”.(53) Ook werd zijn mond dichtgetapet.(54) [J] hoorde het geluid van latex handschoenen die werden uitgetrokken.(55)
In totaal is een bedrag van ongeveer 2376 euro weggenomen. Daarnaast zijn er 10 hotspotkaarten van 10 euro, 8 hotspotkaarten van 15 euro en 8 hotspotkaarten van 30 euro uit kluis weggenomen.(56)
Uit de bijlage gestolen goederen behorende bij het proces-verbaal van aangifte van [J] blijkt dat naast de in zijn verklaring genoemde goederen ook een portemonnee met inhoud, een rijbewijs en meerdere bankpassen, toebehorende aan [J], zijn weggenomen.(57)
Toen medeverdachte [K] na haar werk thuis kwam, waren verdachte en [L] in haar woning aanwezig. Er lag veel papiergeld op de salontafel, verder lag er muntgeld op de grond. Verdachte en [L] vertelden medeverdachte [K] dat alles was verlopen volgens het plan dat zij vooraf met zijn drieën hadden gemaakt.(58)
Verdachte heeft ontkend betrokken te zijn bij deze overval.
Op de videobeelden van de bewakingscamera van de Burger King van 8 september 2008 is te zien dat omstreeks 8.48 uur een donkerkleurige personenauto de inrit van de Drive Inn oprijdt. De auto wordt geparkeerd in een parkeervak van de Drive Inn en er stappen twee personen uit. De mannen lopen in de richting van restaurant La Place. Omstreeks 9.11 uur is te zien dat de mannen vanaf de achterzijde van La Place komen en naar hun geparkeerde auto lopen. Het valt op dat een van de mannen een zwarte muts op heeft, vermoedelijk een bivakmuts. Tevens valt op dat deze man witte handschoenen draagt. De plek waar de personenauto had gestaan werd onderzocht en aan de rand van het trottoir werd een wit vingerdeel van een latex handschoen aangetroffen.(59)
Tijdens het forensisch technisch onderzoek op 8 september 2008 omstreeks 10.50 uur is een vingerdeel van een latexhandschoen aangetroffen op het terrein van de Burger King bij de A13 te Delft. De King Drive van de Burger King is gelegen aan de rechterzijde van La Place.(60) Het deel van de latexhandschoen is veiliggesteld onder zegelnummer CNA458 (61)]. Op 19 maart 2009 is door het NFI onderzoek gedaan naar het op dit deel van de handschoen aangetroffen DNA-materiaal. Uit dit onderzoek is naar voren gekomen dat dit DNA-profiel matcht met het DNA-profiel van verdachte. Dit betekent dat het celmateriaal van de latexhandschoen afkomstig kan zijn van verdachte. De berekende frequentie van het DNA-profiel van het celmateriaal is kleiner dan één op één miljard, ofwel de kans dat het DNA-profiel van een willekeurig gekozen man matcht met dit DNA-profiel is kleiner dan één op één miljard.(62)
Verdachte heeft verklaard dat zijn DNA op een ander tijdstip op de betreffende plek kan zijn terechtgekomen. Hij bezoekt vaker de Burger King langs de A13 te Delft en heeft latex handschoenen in zijn auto aanwezig.(63)
De rechtbank overweegt als volgt.
De verdediging heeft de verklaringen van medeverdachte [K] als onbetrouwbaar betiteld. De rechtbank heeft onder punt 3.3.4. reeds overwogen dat zij de verklaringen van medeverdachte [K] betrouwbaar acht en dat zij voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
De rechtbank zal naast de bovenstaande verklaring van medeverdachte [K] tevens voor het bewijs bezigen de aangifte van [J] en het nabij La Place aangetroffen DNA-materiaal van verdachte op een stuk latex handschoen. De door verdachte hieromtrent afgelegde verklaring acht de rechtbank ongeloofwaardig. Dit gelet op het feit dat rond het tijdstip van de overval twee mannen uit een donkerkleurige auto stapten, in de richting van La Place liepen, kort daarna terugkwamen, waarbij een van de mannen vermoedelijk een bivakmuts op had en witte handschoenen droeg. Voorts hoorde de aangever dat er latex handschoenen werden uitgetrokken en werd er een deel van een latex handschoen in de directe nabijheid van de La Place aangetroffen.
Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte tezamen en in vereniging met anderen op 8 september 2008 La Place vestiging aan de Rijksweg A13 te Delft heeft overvallen.
3.3.6 bewijsmiddelen overval La Place d.d. 29 september 2008
Medeverdachte [K] heeft verklaard dat verdachte haar in de ochtend van 29 september 2008 heeft gezegd dat zij erop kon rekenen dat hij en [L] die dag weer bij haar werk langs zouden komen.(64) Zij wist op dat moment dat er die dag weer een overval gepleegd zou worden. Verdachte heeft aan [K] gevraagd hoeveel mensen er die dag bij La Place zouden werken. Op het station heeft zij verdachte via een sms-bericht laten weten dat er die dag vier mensen zouden werken.(65)
[H], leidinggevende bij de La Place, heeft verklaard dat hij op 29 september 2008 om 7.00 uur heeft gezien dat twee mannen uit een grijze auto stapten die bij de Burger King stond en dat deze mannen rennend op [H] en [I] afkwamen. [H] en medewerker [I] zagen dat een van de mannen een pistool in zijn hand had.(66) [H] moest samen met [I] onder bedreiging van het vuurwapen naar boven lopen en de toegangsdeur open maken.(67) Een van de mannen vroeg waar het alarm was. [H] werd gesommeerd het alarm uit te schakelen. Steeds liep de man, met het vuurwapen op hem gericht, achter [H].(68) De man met het vuurwapen zei “pak de sleutel van de kluis”, terwijl hij het vuurwapen nog steeds op [H] had gericht. Toen de kluis niet openging zei de man met het vuurwapen “maak geen grappen met mij anders gaat er wat met je gebeuren”.(69) Al die tijd zat [H] op zijn knieën.(70) Vervolgens moest [H] naar de dameskleedkamer, waar hij op de grond moest gaan liggen. In deze kleedkamer lag intussen [I] op de grond.(71) Beide medewerkers moesten hun telefoon inleveren.(72) [H] moest van de man met het vuurwapen op zijn buik gaan liggen.(73)
[H] geeft aan dat een bedrag van ongeveer 3.000 à 4.000 euro is weggenomen.(74) Een van de mannen had een vuilniszak bij zich.(75)
Medeverdachte [K] heeft verklaard dat verdachte haar na de overval vertelde dat hij geschrokken was dat hij maar twee man had gezien bij de brandtrap, omdat hij vier man had verwacht zoals hem was gesms’t.(76)
De rechtbank overweegt als volgt.
De verdediging heeft de verklaringen van medeverdachte [K] als onbetrouwbaar betiteld. De rechtbank heeft onder punt 3.3.4. en 3.3.5. reeds overwogen dat zij de verklaringen van medeverdachte [K] betrouwbaar acht en dat zij voor het bewijs kunnen worden gebruikt.
Gelet op de verklaring van medeverdachte [K] met betrekking tot de onderhavige overval, de aangiftes alsmede de zeer sterke overeenkomsten met de gevolgde handelwijze bij de overval van 8 september 2008 en de voorbereiding tot een overval op 7 september 2008, is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard tezamen en in vereniging met anderen op 29 september 2008 de La Place vestiging aan de Rijksweg A13 te Delft heeft overvallen
3.4 De bewezenverklaring
1.
hij op 13 september 2008 te Rijswijk tezamen en in vereniging met
anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen
een geldbedrag en drie afroomkluisjes en blauwkleurige kunststoftasjes voorzien van een slot
en pakjes sigaretten toebehorende aan supermarkt Aldi vestiging Herenstraat te Rijswijk,
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen [A] en [E], gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk
geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte
en/of zijn mededader:
- een bivakmuts over hun hoofd hebben getrokken en (vervolgens)
een vuurwapen op [C] hebben gericht en
- vervolgens voornoemde [C] voornoemde Aldi hebben binnengeduwd en
- vervolgens die [C] en [E] het toilet hebben ingeduwd, terwijl zij
voornoemd vuurwapen al die tijd op het hoofd van die [C] hebben gericht gehouden en
- vervolgens[B] bij zijn schouder hebben beetgepakt en aan zijn overhemd omhoog hebben getrokken en
- vervolgens hebben gezegd "Als je iemand ziet bewegen moet je schieten", en
- vervolgens tegen[B] en [D] hebben gezegd:
"Meelopen. Lopen, nu lopen" en "Jullie telefoons op de grond", en
- vervolgens die [B] en [D] naar het halletje van de toiletten hebben begeleid
waar die [B] en [D] op de grond moesten plaatsnemen/zitten en
- vervolgens die [B] aan zijn schouder omhoog hebben getrokken en tegen die
[B] hebben gezegd: "Hou je hoofd naar beneden, mee komen" en "Je werkt nu mee en
je zorgt ervoor dat de klanten uit de winkel gaan en dat je collega naar achteren komt. De
deur op slot doet. Doe je dat niet dan schiet ik een van je collega's neer", en
- vervolgens voornoemd vuurwapen in de rug van die [A] hebben geduwd en die
[A] bij haar arm hebben vastgepakt en
- vervolgens die [A] hebben gefouilleerd en
- vervolgens die [A[ en [B] in het toilet hebben geduwd en
- vervolgens met een mes voor de gesloten deur van de het toilet hebben gestaan waarachter
die [A] en [B] en [C] en [D] en [E]
zich bevonden en
- vervolgens die [E] met een vuurwapen naar de kluis hebben meegenomen en
- vervolgens tegen die [E] hebben gezegd: "je liegt, ik ga schieten, doe
open", terwijl zij een vuurwapen op die [E] gericht hebben gehouden;
3.
hij op 08 juli 2008 te Rijswijk tezamen en in vereniging met anderen met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag toebehorende aan supermarkt Aldi vestiging Herenstraat te Rijswijk, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen [F] en [B], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en zijn mededader:
-die [B] een harde duw hebben gegeven en
- vervolgens een mes in de nek van die [F] hebben geduwd en
- vervolgens met die [F] naar het kantoor van voornoemde Aldi
zijn gegaan, terwijl zij voornoemd mes tegen de nek van die [F] hebben gehouden en
- vervolgens tegen die [F[ en [B] hebben gezegd dat ze op hun knieën
moesten gaan zitten met het hoofd naar de grond, en
- vervolgens de polsen van die [F] en [B] met tiewraps voorlangs hebben vastgebonden en
- vervolgens tegen die [F] en [B] hebben gezegd dat ze op hun zij moesten
gaan liggen met hun gezicht afgewend en
- vervolgens onder bedreiging van voornoemd mes die [F] hebben meegenomen naar de kluis en
- vervolgens tegen die [F] en [B] hebben gezegd: "Doe geen gekke dingen,
wij weten jullie te vinden" en " Niet bewegen, anders maak ik jullie af"
4.
hij op 29 september 2008 te Delft tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een geldbedrag toebehorende aan La Place vestiging A13 Rijksweg, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen [H] en/of [I], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welke bedreiging met geweld hierin
bestond dat verdachte en zijn mededaders:
- naar die [H] en [I] zijn gerend met een pistool in hun hand en
- vervolgens die [H] en [I] hebben gedwongen, onder bedreiging van een pistool naar
boven te lopen en de toegangsdeur te openen en
- vervolgens gedurende de tijd dat het alarm uitgeschakeld moest worden,
voornoemd pistool op die [H] gericht hebben gehouden en
- vervolgens tegen die [H] hebben gezegd, terwijl die [H] op zijn knieën op de grond zat
dat hij de kluis moest openmaken en dat hij geen grappen moest maken anders ging er wat
met hem gebeuren, en
- vervolgens die [H] en [I], onder bedreiging van voornoemd
pistool naar de dameskleedkamer hebben gebracht en tegen die [H] en [I] hebben gezegd dat zij op de grond moesten liggen en hun telefoon moesten inleveren;
5.
hij op 08 september 2008 te Delft tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen geldbedrag en
tien hotspotkaarten à 10 euro en acht hotspotkaarten à 15 euro en acht hotspotkaarten à 30 euro en een portemonee met inhoud onder andere inhoudende een rijbewijs en meerdere bankpassen toebehorende aan La Place vestiging A13,Rijksweg en/of [J], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [J], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en zijn mededaders:
- met bivakmutsen op naar het kantoor van die [J] zijn gegaan en tegen die [J] hebben gezegd dat als hij niet meewerkte hij zou worden neergestoken, en
- vervolgens tegen die [J] hebben gezegd dat hij op de grond moest liggen,en
- vervolgens de handen en voeten en mond van die [J] hebben (dicht)getaped en
- vervolgens over die [J] hebben gezegd: "Steek hem maar neer";
6 subsidiair.
hij op 07 september 2008 te Delft, tezamen en in vereniging met anderen, ter voorbereiding
van het met anderen te plegen misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten een diefstal met geweld in vereniging, opzettelijk
- vuilniszakken en
- twee paar handschoenen en
- twee messen, en
- twee bivakmutsen
kennelijk bestemd tot het in vereniging begaan van dat misdrijf, voorhanden heeft gehad;
4. De strafbaarheid van de feiten
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
Dit levert de in de beslissing genoemde strafbare feiten op.
5. De strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is eveneens strafbaar, omdat niet is gebleken van omstandigheden die zijn strafbaarheid uitsluiten.
6. De straf/maatregel
6.1. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt vrijgesproken van het hem onder 6 primair ten laste gelegde feit zal worden vrijgesproken en dat verdachte ter zake van het hem onder 1, 2, 3, 4, 5 en 6 subsidiair ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar.
6.2. Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat slechts ter zake van het hem onder 1 ten laste gelegde kan worden veroordeeld. De verdediging verzoekt de rechtbank verdachte een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met als bijzondere voorwaarde verplicht reclasseringscontact en cova-training, op te leggen.
6.3. Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft zich, samen met anderen, binnen een kort tijdsbestek schuldig gemaakt aan twee overvallen op restaurant La Place in Delft en een voorbereiding daartoe alsmede twee overvallen op de vestiging van de Aldi in Rijswijk. Daarbij hebben verdachte en zijn mededader met bivakmutsen en onder bedreiging van een vuurwapen en een mes het personeel bijeengedreven, hen gefouilleerd en gedwongen hun telefoons in te leveren. Voorts werd telkens een medewerker gedwongen de kluis te openen. Ook is bij een aantal overvallen het personeel gedwongen op de grond te gaan liggen en zijn zij geboeid. Verdachte heeft bij het plegen van de overvallen gebruik gemaakt van informatie die hij voorafgaand aan de overvallen heeft ingewonnen bij mededaders, zijnde medewerkers van de betreffende winkel en het restaurant.
Het behoeft geen betoog dat dergelijke meedogenloze daden grote afkeuring verdienen. Het tot twee en drie keer toe overvallen van een winkel en een restaurant getuigt van grote brutaliteit.
Het is onvoorstelbaar dat verdachte en zijn mededaders slechts hebben gedacht aan de oplossing van hun eigen financiële problemen en in het geheel niet hebben stilgestaan bij de gevolgen die deze overvallen zouden hebben voor de slachtoffers. De slachtoffers zagen zich op klaarlichte dag geconfronteerd met gewapende en gemaskerde mannen, die er binnen korte tijd met de inhoud van de kluis vandoor gingen. Het spreekt voor zich dat hen veel angst is aangejaagd en dat dit een bijzonder traumatische ervaring is geweest. Eën van de slachtoffers heeft in een schriftelijke slachtofferverklaring indringend aangegeven welke invloed de overval op haar leven heeft.
Het is een feit van algemene bekendheid dat slachtoffers van misdrijven als de onderhavige hiervan nog lange tijd nadelige, psychische gevolgen kunnen ondervinden. Voorts is van belang dat er op het moment van de overvallen ook klanten in de winkel dan wel het restaurant waren of hadden kunnen komen. Dergelijke delicten dragen ook daarom in hoge mate bij tot de in de maatschappij levende gevoelens van onveiligheid.
De rechtbank heeft acht geslagen op het verdachte betreffend Uittreksel Justitieel Documentatieregister d.d. 8 december 2008, waaruit blijkt dat verdachte als minderjarige al met justitie in contact is gekomen wegens vermogensdelicten. Daarnaast is verdachte op 11 januari 2008 wederom veroordeeld wegens 3 vermogensdelicten door de militaire politierechter in Arnhem.
Voorts heeft de rechtbank acht geslagen op het rapport van de Reclassering Nederland, Regio Den Haag, d.d. 28 april 2009 omtrent verdachte waarin is opgenomen dat verdachte ontkent dat er problemen zijn die hij niet zelf kan oplossen en dat het daarom onduidelijk is of verdachte leerbaar is. Voorts is het gedrag van verdachte onvolwassen en op zichzelf gericht, lijkt hij primair te zijn gericht op behoeftebevrediging, is verdachte beïnvloedbaar en lijkt hij gevoelig voor sturing. De reclassering acht het, gelet op het voorgaande alsmede gelet op een gemiddelde kans op herhaling noodzakelijk verdachte door middel van een verplicht reclasseringscontact te begeleiden.
De rechtbank heeft ten aanzien van de strafmaat in het bijzonder rekening gehouden met de ernst van de in een kort tijdsbestek gepleegde feiten, Met dergelijke feiten dient streng te worden afgerekend. Om deze reden en mede gelet op de omstandigheid dat verdachte in het verleden wegens soortgelijke feiten is veroordeeld, ziet de rechtbank, ondanks het feit dat zij verdachte vrijspreekt voor één overval, geen reden om een lagere straf op te leggen dan door de officier van justitie geëist.
Het zal duidelijk zijn dat de voor deze ernstige feiten passend geachte straf geen ruimte laat voor een voorwaardelijk strafdeel met het daarin door de reclassering geadviseerde verplichte reclasseringscontact.
Gezien vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 10 jaar passend en geboden is.
7. De inbeslaggenomen goederen
7.1. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de op de lijst van inbeslaggenomen voorwerpen (beslaglijst, die als bijlage aan dit vonnis is gehecht) onder 1,2 en 3 genummerde voorwerpen zullen worden teruggegeven aan verdachte, dat de onder 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 14, 15, 17, 18, 19 en 20 genummerde voorwerpen zullen worden onttrokken aan het verkeer en dat de onder 9, 12, 13 en 16 genummerde voorwerpen zullen worden bewaard ten behoeve van de rechthebbende.
7.2. Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich met betrekking tot het beslag gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
7.3. Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de op de beslaglijst onder 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 14, 15, 17, 18, 19 en 20 genummerde voorwerpen onttrekken aan het verkeer. Deze voorwerpen zijn voor onttrekking aan het verkeer vatbaar, aangezien met behulp van deze voorwerpen de bewezenverklaarde feiten zijn begaan of voorbereid en deze voorwerpen van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang.
De rechtbank zal ,nu het belang van strafvordering zich daartegen niet meer verzet, de teruggave aan verdachte gelasten van de op de beslaglijst onder 1, 2 en 3 genummerde voorwerpen.
Op grond van het onderzoek ter terechtzitting kan met betrekking tot de op de beslaglijst onder 9, 12, 13 en 16 genummerde voorwerpen geen persoon als rechthebbende worden aangemerkt. De rechtbank zal daarom de bewaring van deze voorwerpen ten behoeve van de rechthebbende gelasten.
Bij de vaststelling van deze bijkomende straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de draagkracht van verdachte.
10. De toepasselijke wetsartikelen
De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op de artikelen:
- 36b, 36c, 46, 57, 310, 312 van het Wetboek van Strafrecht;
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
11. De beslissing
De rechtbank,
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de bij dagvaarding onder 2 en 6 primair tenlastegelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
verklaart wettig en overtuigend bewezen, dat de verdachte de bij dagvaarding onder 1, 3, 4, 5 en 6 subsidiar tenlastegelegde feiten heeft begaan en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van feit 1, 3 en 5:
diefstal door twee of meer verenigde personen, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 4:
diefstal door twee of meer verenigde personen, voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld, gepleegd tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken;
ten aanzien van feit 6 subsidiair:
medeplegen van voorbereiding van diefstal door twee of meer verenigde personen, voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld, gepleegd tegen een persoon, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken;
verklaart het bewezen verklaarde en de verdachte deswege strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar;
bepaalt dat de tijd, door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
in verzekering gesteld op: 4 december 2008,
in voorlopige hechtenis gesteld op: 9 december 2008,
verklaart onttrokken aan het verkeer de op de beslaglijst onder 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 14, 15, 17, 18, 19 en 20 genummerde voorwerpen;
gelast de teruggave aan verdachte van de op de beslaglijst onder 1, 2 en 3 genummerde voorwerpen,;
gelast de bewaring ten behoeve van de rechthebbende van de op de beslaglijst onder 9, 12, 13 en 16 genummerde voorwerpen.
Dit vonnis is gewezen door
mrs. Y.J. Wijnnobel-Van Erp, voorzitter,
I.K. Spros en M.M. Meijers, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. Durieux, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 juni 2009.
Mr. Meijers is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.
1 Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt –tenzij anders vermeld– bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL 1506/2008/22826 van politie Haaglanden/Hollands Midden, Bureau Bovenregionale Recherche, BRT, in het onderzoek Branche;
2 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [C], blz. 263, 2e alinea;
3 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [C], blz. 263, 2e alinea;
4 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [C], blz. 263, 3e alinea en getuige [E], blz. 276, 4e alinea;
5 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [E], blz. 276, 4e alinea en verhoor getuige [D], blz. 272 eerste alinea;
6 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [E], blz. 276, 4e alinea;
7 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [E], blz. 276, 5e alinea;
8 Dossier Branche I, Deel 1, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van aangifte [B], blz. 48;
9 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [D], blz. 272 eerste alinea;
10 Dossier Branche I, Deel 1, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van aangifte [B], blz. 48;
11 Dossier Branche I, Deel 1, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van aangifte [A],blz. 43;
12 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [E], blz. 276, 8e alinea.;
13 Dossier Branche I, Deel 2, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [E], blz. 276, 7e alinea;
14 Dossier Branche I, Deel 1, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van bevindingen, blz. 104;
15 Dossier Branche I, Deel 1, zaak Aldi Rijswijk 13 september 2008, proces-verbaal van bevindingen, blz. 101;
16 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 3e alinea;
17 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 4e alinea;
18 verklaring van verdachte, proces-verbaal ter terechtzitting d.d. 28 mei 2008;
19 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor van aangever [F], blz. 35, 2e alinea en proces-verbaal van aangifte [B],blz. 40, 2e alinea;
20 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 35, 3e alinea;
21 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 35, 5e alinea;
22 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 36, 3e alinea;
23 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 36, 3e alinea;
24 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van aangifte [B],
blz. 40, 7e alinea en blz. 41, 1e alinea;
25 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 36, 3e alinea;
26 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 36, 5e en 6e alinea;
27 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor aangever [F], blz. 36, 7e alinea;
28 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van aangifte [B],
blz. 41, 6e alinea;
29 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van bevindingen,
blz. 136;
30 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 3e alinea;
31 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 4e alinea;
32 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 6e alinea;
33 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 428, 7e en 8e alinea;
34 Dossier Branche I, zaak Aldi Rijswijk 8 juli 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [B], blz. 429, 6e alinea;
35 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [M], blz. 209, laatste alinea;
36 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [M], blz. 209, laatste alinea;
37 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 225;
38 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 225;
39 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 225;
40 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 226, 2e alinea;
41 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [moeder van K], blz. 336;
42 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 225;
43 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor getuige [moeder van K], p. 32;
44 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 226;
45 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 37;
46 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 37, laatste alinea;
47 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 37, laatste alinea;
48 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 38, 1e alinea;
49 In het proces-verbaal wordt gesproken over 7 september 2008, de rechtbank gaat uit dat dit een kennelijke verschrijving betreft en leest 8 september 2008;
50 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 1e alinea;
51 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 2e alinea;
52 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 4e alinea;
53 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 5e alinea;
54 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 6e alinea;
55 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 20, 9e alinea;
56 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van aangifte van [J], blz. 21, 2e alinea;
57 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, bijlage gestolen goederen, blz. 24 en 25;
58 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 38, 2e alinea;
59 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 7 september 2008, proces-verbaal van bevindingen, p. 61;
60 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal forensisch technisch onderzoek, blz. 33/34;
61 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 8 september 2008, proces-verbaal van bevindingen, blz. 46;
62 een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut, zaaknummer 2008.12.22.071, op 19 maart 2009 opgemaakt en ondertekend door drs. Ing. T.J.P. de Blaeij op de door deze afgelegde algemene eed als vast gerechtelijk deskundige
63 Verklaring verdachte ter terechtzitting 28 mei 2009;
64 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 39, 3e alinea;
65 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 39, 3e alinea;
66 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [I], p. 21, 1e alinea en aangifte [H], blz. 26, laatste alinea;
67 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, 1e alinea;
68 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, eerste alinea;
69 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, eerste alinea;
70 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, eerste alinea;
71 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [I], blz. 21, eerste alinea;
72 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [I], blz. 21, vierde alinea en aangifte van [H], p. 27, eerste alinea;
73 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, eerste alinea;
74 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 27, eerste alinea;
75 Dossier Branche I, zaak La Place Delft 29 september 2008, proces-verbaal van aangifte [H], blz. 28, 1e alinea;
76 Dossier Branche I, verdachten dossier [K] 18-11-1984, proces-verbaal van verhoor verdachte [K], blz. 40, 4e alinea;