ECLI:NL:RBSGR:2009:BI6158
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L. de Loor-Alwin
- Rechtspraak.nl
Heffingsrente op voorlopige aanslag t.z.v. eenmalige zeer omvangrijke bate
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage op 29 mei 2009, staat de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting van N.V. [X] centraal. De voorlopige aanslag is gebaseerd op de verkoop van een pakket aandelen op 17 oktober 2007, wat resulteerde in een aanzienlijke boekwinst. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde, heeft verzocht om een penaanslag, maar de inspecteur heeft in plaats daarvan een geautomatiseerde aanslag opgelegd. Dit leidde tot een geschil over de zorgvuldigheid van de inspecteur in het opleggen van de aanslag en de berekening van de heffingsrente.
Tijdens de zitting op 15 mei 2009 werd het standpunt van eiseres toegelicht, waarbij zij stelde dat de inspecteur had moeten handelen volgens het zorgvuldigheidsbeginsel en een penaanslag had moeten opleggen. De rechtbank oordeelde echter dat de inspecteur niet onzorgvuldig had gehandeld door de geautomatiseerde aanslag op te leggen. De rechtbank wees erop dat de gegevens in het verzoek om de voorlopige aanslag voldoende waren om zonder nader onderzoek een aanslag op te leggen.
De rechtbank concludeerde dat de inspecteur de voorlopige aanslag op een correcte wijze had behandeld en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en de rechtbank bevestigde de hoogte van de heffingsrente, die € 136.589 bedroeg. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.