ECLI:NL:RBSGR:2008:BJ7325
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.W. Sentrop
- E.S.G. Jongeneel
- G.P.I.M. Wuisman
- Rechtspraak.nl
Toetsing van de beoordeling van een ambtenaar door de rechtbank
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 24 december 2008 uitspraak gedaan in een geschil tussen Drs. Ing. [A], eiser, en de Minister van Verkeer en Waterstaat, verweerder, over de beoordeling van eisers functioneren als projectmanager. De beoordeling, die betrekking had op de periode van 1 januari 2005 tot 27 april 2006, werd door eiser betwist. Eiser had bedenkingen geuit tegen de beoordeling, die tijdens een beoordelingsgesprek op 4 september 2006 werden besproken. De beoordeling werd op 22 september 2006 vastgesteld, waarna eiser bezwaar maakte. De rechtbank moest beoordelen of het bestreden besluit, dat de beoordeling handhaafde, in rechte stand kon houden.
De rechtbank overwoog dat de toetsing van de inhoud van een beoordeling beperkt is tot de vraag of deze op onvoldoende gronden berust. De rechtbank concludeerde dat de beoordelaars, ondanks hun negatieve oordelen, in staat waren om een objectieve beoordeling op te stellen. De rechtbank vond dat eiser onvoldoende concrete bezwaren had ingediend tegen de beoordeling en dat de beoordelaars de relevante gezichtspunten in acht hadden genomen. Eiser had onder andere aangevoerd dat de beoordelingscriteria niet correct waren toegepast en dat hij niet de juiste ondersteuning had gekregen. De rechtbank oordeelde dat de beoordeling zowel procedureel als inhoudelijk ordelijk was tot stand gekomen en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, waarmee de beoordeling van eiser werd gehandhaafd. Eiser had de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep.