ECLI:NL:RBSGR:2008:BH1076
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- D.H. von Maltzahn
- C.C. Dedel-van Walbeek
- J.G.J. Brink
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wraking van rechters in strafzaak
In deze zaak heeft de verzoeker, gedetineerd in het Penitentiair Complex Scheveningen, op 28 november 2008 ter terechtzitting verklaard dat hij de rechters wil uitsluiten en andere rechters op zijn zaak wenst. Hij uitte zijn bezorgdheid over de onafhankelijkheid van de rechtbank en beschuldigde deze ervan stukken achter te houden. De rechtbank heeft deze verklaring opgevat als een wrakingsverzoek en het onderzoek ter terechtzitting onderbroken in afwachting van de beslissing van de wrakingskamer.
De mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek vond plaats op 15 december 2008. De verzoeker was niet aanwezig, omdat hij weigerde te worden vervoerd. De raadsman van verzoeker was wel aanwezig, maar de rechters hebben hun standpunt schriftelijk kenbaar gemaakt. De verzoeker heeft zijn gevoel van gebrek aan onafhankelijkheid van de rechters herhaald, maar zijn raadsman kon geen specifieke documenten aanwijzen die de rechtbank zou achterhouden.
De rechters hebben in hun schriftelijke verklaring aangegeven dat zij niet in de wraking berusten en zich niet bewust zijn van het achterhouden van stukken. De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat het gevoel van de verzoeker over de onpartijdigheid van de rechters geen feitelijke grondslag heeft. Er zijn geen uitzonderlijke omstandigheden vastgesteld die de vrees van de verzoeker kunnen rechtvaardigen. Het verzoek tot wraking is dan ook afgewezen.
De rechtbank heeft bovendien bepaald dat een volgend verzoek tot wraking van deze rechters niet in behandeling zal worden genomen, conform artikel 515, vierde lid, van het Wetboek van Strafvordering. De hoofdzaak zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.