ECLI:NL:RBSGR:2008:BF0689
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aanzegging tot betaling van legesgelden als niet-appellabel besluit
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 5 augustus 2008 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een Marokkaanse vreemdeling, en de Staatssecretaris van Justitie. Eiser had een aanvraag ingediend voor een EG-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen, maar kreeg een aanzegging om leges te betalen. Eiser stelde dat deze aanzegging een besluit was in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en dat het niet-ontvankelijk verklaren van zijn bezwaarschrift onterecht was. De rechtbank oordeelde dat de aanzegging tot betaling van leges geen zelfstandig appellabel besluit was. Volgens de rechtbank leidt het niet betalen van leges, conform artikel 24, lid 2 van de Vreemdelingenwet 2000, onherroepelijk tot een buiten behandeling stelling van de aanvraag. De legesvraag lost zich op in het besluit op de aanvraag, wat betekent dat de aanzegging niet als een besluit kan worden aangemerkt waartegen bezwaar en beroep openstaat.
De rechtbank overwoog verder dat de brief van 30 oktober 2006, waarin de leges werden aangezegd, geen rechtsgevolg had en dus niet voldeed aan de definitie van een besluit zoals vastgelegd in artikel 1:3 van de Awb. Eiser had ook aangevoerd dat de heffing van leges een rechtshandeling was, maar de rechtbank volgde deze redenering niet. De rechtbank concludeerde dat verweerder op goede gronden het bezwaarschrift van eiser niet-ontvankelijk had verklaard en dat er geen aanleiding was om af te wijken van de procedurele regels, waaronder het afzien van het horen van eiser. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde dat de aanzegging tot betaling van leges geen zelfstandig appellabel besluit was.