"Overwegingen:
(...)
b. De grond zal worden bestemd voor woningbouw i.p.v. de huidige agrarische bestemming Agrarische doeleinden klasse d.
(...)
e. Gezien de omvang van de grond, de kennis en ervaring van Ontwikkelaar alleen, danwel van partijen gezamenlijk, komt hen op basis van het eigendomsrecht het recht toe om de ontwikkeling zelf te realiseren.
f. Het heeft de voorkeur van partijen in samenwerking met de gemeente de ontwikkeling te realiseren. Daarom zal door of namens partijen worden geprobeerd een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente te sluiten.
g. Voor het geval dat het niet mogelijk zal blijken om overeenstemming met de gemeente te bereiken over een samenwerkingsovereenkomst en de gemeente daarop volgend zal overgaan tot het voeren van een onteigeningsprocedure, zullen partijen zich op het standpunt stellen dat zij zelf in staat en bereid zijn om de door de gemeente gewenste functieverandering te realiseren en het de gemeente niet vrij zal staan te onteigenen.
(...)
i. Partijen zijn er mee bekend dat er op de grond door de gemeente een voorkeursrecht is gevestigd. Zij zullen dat (hebben te) respecteren. (...)
j. Ten teken van het respecteren van de positie van de gemeente zal deze overeenkomst aan de gemeente worden voorgelegd, zodat deze kan beslissen of zij wel of niet de nietigheid zal inroepen op basis van artikel 26 Wvg, waarna de rechter zonodig zal beslissen.
Artikel 1. Doel van de overeenkomst
Doel van deze overeenkomst is het vastleggen en overeenkomen van de voorwaarden op basis waarvan partijen de ontwikkeling van de grond zullen realiseren.
Artikel 2. Grondpositie
Grondeigenaar zal zijn grond te zijner tijd inbrengen in de ontwikkeling.
Partijen onderkennen daartoe drie mogelijkheden:
1. Door de grond met toestemming van de gemeente in eigendom over te dragen aan Ontwikkelaar, die daarna de ontwikkeling alleen zal realiseren op basis van een met de gemeente te sluiten samenwerkingsovereenkomst.
2. Door de grond in te brengen in een samenwerking op basis van een met de gemeente te sluiten samenwerkingsovereenkomst.
3. Door gezamenlijk de grond feitelijk aan te wenden voor woningbouw.
Artikel 3. Verkoop grond
Voor het geval partijen besluiten dat de grond in eigendom aan de Ontwikkelaar zal worden overgedragen zijn partijen nu voor als dan de navolgende koop- en verkoopvoorwaarden overeengekomen.
1. Koopsom
De koopsom zal bedragen € 1.297.750,00 kosten koper (...) op basis van € 145,00 per m². (...)
Van de koopsom zal bij het sluiten van de koopovereenkomst worden betaald €600.000,00.
Het restant van de koopsom ad € 697.740,00 zal worden voldaan bij de juridische levering.
Artikel 4. Inbreng grond in samenwerking met gemeente
Voor het geval partijen besluiten dat de grond in een samenwerking met de gemeente zal worden ingebracht, zal Grondeigenaar meewerken aan een eventueel daarvoor noodzakelijke levering. (...)
Artikel 5. Gezamenlijke feitelijke realisatie
Als partijen zelf de grond zullen gaan ontwikkelen zal eigenaar de grond tijdig vrij van gebruik ter beschikking stellen. Uit de opbrengst van de exploitatie zal grondeigenaar worden betaald. (...).
Artikel 7. Beëindiging van de overeenkomst
(...)
2. Elk van de partijen zal de samenwerking om haar moverende redenen kunnen beëindigen nadat juridische levering van de grond door Grondeigenaar aan de ontwikkelaar mogelijk zal zijn geworden. De overeenkomst zal dan door één van beide partijen kunnen worden beëindigd door levering dan wel afname te vorderen van de grond op basis van de in deze overeenkomst overeengekomen voorwaarden. Partijen verplichten zich hierbij alsdan aan de levering mee te werken.
Artikel 8. Vertegenwoordiging van partijen
Grondeigenaar verleent onherroepelijk aan Ontwikkelaar het recht om mede namens haar in overleg met de gemeente te treden teneinde een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente en partijen te sluiten. (...) De verplichting van de Grondeigenaar in een te sluiten samenwerkingsovereenkomst zal niet verder reiken dan haar verplichting tot het inbrengen van de grond in de samenwerking met de gemeente (...). Ontwikkelaar zal de kosten van advies en dergelijke die samenhangen met het onderhandelen over een samenwerkingsovereenkomst voor haar rekening nemen.
Artikel 9. Onteigening
1. Wanneer het niet zal lukken om op voor partijen acceptabele voorwaarden een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente te sluiten en de gemeente in vervolg daarop een onteigeningsprocedure op zal starten, zullen partijen een zogenaamd zelfrealisatie verweer voeren. Zij zullen daarbij stellen zowel wat betreft financiële mogelijkheden, kennis en ervaring bereid en in staat te zijn de ontwikkeling te realiseren zoals dat de gemeente op basis van haar publieke taak voor ogen staat. In een eventuele onteigeningsprocedure zal Ontwikkelaar namens partijen optreden, hiertoe zal Grondeigenaar, indien aan de orde, een onherroepelijke volmacht verlenen aan Ontwikkelaar. Ontwikkelaar zal de kosten van de onteigeningsprocedure betalen.
2. Indien de onteigening zal worden uitgesproken zal de onteigeningsschadeloosstelling toekomen aan Ontwikkelaar. Na ontvangst van de onteigeningsschadeloosstelling door Ontwikkelaar, zal de door Ontwikkelaar aan Grondeigenaar verstrekte geldlening worden geacht te zijn afgelost. Indien ten tijde van het uitbetalen van de onteigeningsschadeloosstelling de tweede lening nog niet aan de grondeigenaar zal zijn verstrekt zal de ontwikkelaar het resterende leningsbedrag, zoals genoemd in artikel 12.5, alsnog uitbetalen.
(...)
Artikel 11. Opschortende voorwaarde
1. Deze overeenkomst is gesloten onder de opschortende voorwaarde dat deze niet vernietigd zal worden op grond van artikel 26 Wvg.
2. Na het ondertekenen van deze overeenkomst zal deze aan de gemeente worden overlegd.
(...)
Artikel 12. Lening
1. Binnen drie weken nadat aan de opschortende voorwaarde van artikel 11 en aan de voorwaarde m.b.t. de grondkwaliteit zal zijn voldaan, zal de Ontwikkelaar € 600.000,00 uitlenen aan de Grondeigenaar.
2. Indien de gemeente de overeenkomst ter toetsing voorlegt aan de rechtbank zal de Ontwikkelaar binnen 11 weken na het ondertekenen van deze overeenkomst € 600.000,00 uitlenen aan de Grondeigenaar.
(...)
5. Indien de Rechtbank de overeenkomst niet vernietigt en niet binnen twee jaar na het tekenen van deze overeenkomst de totale vergoeding aan Grondeigenaar zijn betaald zal de Ontwikkelaar € 697.750,00 uitlenen aan de Grondeigenaar.
6. De lening zal door de Grondeigenaar worden afgelost door:
- of levering van de grond aan de Ontwikkelaar;
- of door het inbrengen van de grond in een samenwerking met de gemeente;
- of uit de opbrengst van de eigen exploitatie;
- of door verrekening met de onteigeningsschadeloosstelling.
(...)"