ECLI:NL:RBSGR:2007:BB2851
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Poustochkine
- P. de Haan
- R.M. Berendsen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens onvoldoende bewijs in strafzaak tegen illegaal vreemdeling
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, stond de verdachte, geboren in 1982 en thans zonder bekende woon- of verblijfplaats, terecht op beschuldiging van een strafbaar feit. De verdachte was niet aanwezig bij de zitting, omdat hij in mei 2007 als illegaal vreemdeling Nederland was uitgezet. De raadsvrouw van de verdachte, mr. I. Aardoom-Fuchs, was wel aanwezig en verklaarde dat zij uitdrukkelijk gevolmachtigd was om de verdachte te verdedigen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er op de avond van 1 februari 2007 en de nacht naar 2 februari 2007, behalve de verdachte en de aangever, niemand in de moskee aanwezig was. De rechtbank beschikte dus alleen over de verklaringen van de aangever en de verdachte. De aangever had zijn verhaal gedaan in verschillende verklaringen, maar er waren discrepanties tussen deze verklaringen. De rechtbank vond het opmerkelijk dat de aangever na de vermeende ontuchtige handelingen nog anderhalf uur bij de verdachte zou zijn gebleven.
De verdachte ontkende de hem telastgelegde handelingen en zijn verklaringen waren ook inconsistent. De rechtbank merkte op dat de discrepanties in de verklaringen van zowel de verdachte als de aangever niet alleen de zaak bemoeilijkten, maar ook het recht van de verdachte om zich te verdedigen frustreerden, aangezien hij niet ter terechtzitting kon verschijnen. Dit leidde de rechtbank tot de conclusie dat er te veel onbeantwoorde vragen waren en dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van alle beschuldigingen.
Dit vonnis werd uitgesproken op 4 september 2007 door de meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit de rechters P. Poustochkine, P. de Haan en R.M. Berendsen, in aanwezigheid van griffier mr. H. de Boer.