ECLI:NL:RBSGR:2007:BB1492

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
10 augustus 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
291997 / KG ZA 07-924
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Inbreuk op auteursrechten betreffende standaarden voor het ophangen van platte televisieschermen

In deze zaak, die voor de Rechtbank 's-Gravenhage werd behandeld, ging het om een kort geding tussen Sky-Lite Holland B.V. en Audipack Verkoop B.V. over een vermeende inbreuk op auteursrechten. De voorzieningenrechter te Dordrecht had eerder op 7 juni 2007 geoordeeld dat de standaard van Sky-Lite inbreuk maakte op de auteursrechten van Audipack. Sky-Lite vorderde in dit kort geding dat Audipack zou worden verboden om het vonnis van 7 juni 2007 te executeren met betrekking tot een alternatieve standaard die Sky-Lite had ontwikkeld. De voorzieningenrechter oordeelde dat de alternatieve standaard I van Sky-Lite niet onder het verbod viel, omdat er significante wijzigingen waren aangebracht die de totaalindruk van de producten wezenlijk anders maakten. De voorzieningenrechter benadrukte dat de reikwijdte van het eerdere verbod niet zo ver strekte dat het ook toekomstige handelingen zou omvatten, mits deze handelingen niet inbreuk maakten op de auteursrechten van Audipack. De voorzieningenrechter besloot dat Audipack niet mocht overgaan tot executie van het eerdere vonnis ten aanzien van de alternatieve standaard I, en dat Sky-Lite in haar vordering werd toegewezen. Audipack werd veroordeeld in de proceskosten van Sky-Lite, die op € 9.305,35 werden begroot. Het vonnis werd uitgesproken op 10 augustus 2007.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 291997 / KG ZA 07-924
Vonnis in kort geding van 10 augustus 2007
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SKY-LITE HOLLAND B.V.,
gevestigd te Meerkerk,
eiseres,
procureur mr. P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt,
advocaat mr. R. Dijkstra te Amsterdam,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AUDIPACK VERKOOP B.V.,
gevestigd te Moerkapelle,
gedaagde,
procureur mr. E.J.P. Nolet,
advocaat mr. G. van der Wende te Capelle a/d IJssel.
Partijen zullen hierna Sky-Lite en Audipack genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 26 juli 2007,
- de akte houdende wijziging van eis,
- de mondelinge behandeling van 2 augustus 2007,
- de pleitnota van Sky-Lite met 4 producties,
- de pleitnota van Audipack.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. Zowel Audipack als Sky-Lite verhandelen standaarden/statieven voor het ophangen van platte televisieschermen of presentatieschermen.
2.2. Op 7 juni 2007 heeft de voorzieningenrechter te Dordrecht vonnis gewezen in de zaak tussen Audipack als eiseres en Sky-Lite als gedaagde met rolnummer 69458 / KG ZA 07-75, ongepubliceerd). De voorzieningenrechter oordeelde - kort gezegd - dat de standaard van Sky-Lite inbreuk maakte op de auteursrechten van Audipack. Deze standaarden (links van Audipack zonder het op te hangen scherm en rechts van Sky-Lite met scherm) zijn hieronder naast elkaar afgebeeld :
standaard van Audipack
standaard van Sky-Lite
Na te hebben geconcludeerd dat de standaard van Audipack voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt, overwoog de voorzieningenrechter ten aanzien van de vraag naar de inbreuk het volgende:
Inbreuk op auteursrecht?
3.7. Uit de overgelegde producties, het tonen van beide producten ter terechtzitting en de stellingen van beide partijen is het volgende gebleken.
3.8. De vloerplaat van Sky-Lite komt qua kleur, dikte en buitenmaat overeen met die van Audipack. De vorm van beide vloerplaten komt overeen voor wat betreft de lange rechte zijde aan de achterkant, de twee korte zijden aan de zijkanten en de ovaalvormige uitsparingen voor de handgrepen en vertonen daarmee grote gelijkenis. Afwijkend zijn de lichte kromming van de voorzijde, de afronding van de hoeken van de vloerplaat van Sky-Lite en de plaats van de handgrepen. Deze verschillen zijn details die niet beeldbepalend zijn en zij doen dus niet af aan de overeenstemmende totaalindruk van de beide vloerplaten.
3.9. De staander van het statief is bijna twee keer zo breed als die van de stand, maar is van hetzelfde materiaal en heeft dezelfde kleur. De bracket van beide producten is rechthoekig en van zwart staal. Deze onderdelen laten eveneens een zeer sterk gelijkend beeld zien.
3.10. Sky-Lite voert wel aan dat de overeenkomsten zijn terug te voeren op technische afwegingen, maar feiten waaruit dit blijkt voert zij onvoldoende aan. Uit het overgelegde afstudeerverslag blijkt bijvoorbeeld dat voor de voet op technische gronden evengoed gekozen had kunnen worden voor een rechthoekige vloerplaat met een grote rechthoekige uitsparing daarin, maar dat de esthetische aspecten doorslaggevend zijn geweest bij de uiteindelijke keuze.
3.11. De vloerplaat, staander en bracket afzonderlijk, maar bovenal het totaalbeeld van het statief lijken sterk op de onderdelen respectievelijk het totaalbeeld van de stand. Omdat de staander van het statief wel breder is - Sky-Lite voert ook aan dat haar statief zwaardere schermen kan dragen dan de stand - lijkt het om de 'grote broer' van de stand van Audipack te gaan. Ondanks de genoemde verschillen is de totaalindruk van beide producten dan ook zodanig gelijkend, dat voorlopig moet worden geoordeeld dat het statief van Sky-Lite een verveelvoudiging van de stand van Audipack is. Sky-Lite erkent ook dat zij de stand van Audipack reeds kende ten tijde van het ontwerpen van haar statief.
3.12. Op grond van het voorgaande moet voorlopig worden geoordeeld dat Sky-Lite inbreuk op het auteursrecht van Audipack maakt.
Ten aanzien van het sub 4.1 toe te wijzen verbod, overwoog de voorzieningenrechter nog het volgende:
De vordering
3.13. Het sub 1 gevorderde om Sky-Lite te veroordelen haar handelen waarmee zij inbreuk maakt op het auteursrecht van Audipack te staken, en de daarmee samenhangende nevenvorderingen zijn naar hun aard spoedeisend en zullen worden toegewezen, met dien verstande dat voor zover een verbod gevorderd wordt ten aanzien van enig ander product dat inbreuk maakt op de auteursrechten van Audipack dit onvoldoende bepaald is om voor toewijzing in aanmerking te kunnen komen. De dwangsom zoals gevorderd komt als een passende prikkel tot nakoming voor, doch deze zal wel worden gemaximeerd.
De beslissing, voor zover hier relevant, luidde als volgt:
4.1. gebiedt Sky-Lite de productie, verkoop, het verhandelen of in het economisch verkeer (doen) brengen, aanbieden, in- of uitvoeren, tentoonstellen, gebruiken of in voorraad hebben van het flat screen statief als bedoeld in de dagvaarding, in zijn geheel en op onderdelen, te staken en gestaakt te houden op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- per dag voor elke dag dat Sky-Lite daarmee na betekening van dit vonnis in gebreke blijft, zulks met een maximum van € 100.000,-;
2.3. Voornoemd vonnis is op 12 juni 2007 aan Sky-Lite betekend. Door Sky-Lite is spoedappèl ingesteld.
3. Het geschil
3.1. Sky-Lite vorderde aanvankelijk - uitvoerbaar bij voorraad - het volgende:
1. Primair Audipack te verbieden tot executie van het vonnis van 7 juni 2007 over te gaan ten aanzien van de alternatieve stand I op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,- voor iedere gehele of gedeeltelijke overtreding van dit verbod en voor iedere dag dat de overtreding voortduurt, subsidiair Audipack te verbieden tot executie van het vonnis van 7 juni 2007 over te gaan ten aanzien van de alternatieve stand II op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,- voor iedere gehele of gedeeltelijke overtreding van dit verbod en voor iedere dag dat de overtreding voortduurt;
2. Audipack te veroordelen in de kosten van dit geding.
Zij heeft ter zitting haar eis vermeerderd tot een volledige proceskostenveroordeling.
3.2. Audipack voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Audipack heeft weliswaar bezwaar gemaakt tegen de eiswijziging, welke overigens enige dagen tevoren reeds was aangekondigd, maar niet aangegeven dat en waarom zij in haar verdediging op dit punt zou zijn geschaad. Het bezwaar wordt dan ook ongegrond verklaard.
4.2. Audipack stelt dat de verhandeling van de alternatieve stands die Sky-Lite heeft voorgesteld onder het verbod zou vallen. Sky-Lite betwist zulks en stelt dat van overtreding van het verbod van de voorzieningenrechter geen sprake is, enerzijds omdat zij met alternatieve stand I maar zeker met stand II voldoende afstand neemt.
4.3. De voorzieningenrechter stelt voorop dat bij de bepaling van de reikwijdte van een in algemene termen vervat verbod, zoals de voorzieningrechter te Dordrecht heeft gegeven, een redelijke uitleg met zich brengt dat de draagwijdte ervan niet beperkt behoeft te zijn tot de herhaling van de handelingen die aanleiding vormden voor de eerdere procedure, maar zich ook kan uitstrekken tot toekomstige handelingen, met dien verstande evenwel dat voor zover het betreft toekomstige handelingen, als maatstaf heeft te gelden dat de draagwijdte van het verbod beperkt is te achten tot handelingen waarvan in ernst niet kan worden betwijfeld dat zij, mede gelet op de gronden waarop het verbod werd gegeven, inbreuken, als door de rechter verboden, opleveren (vgl. HR 3 januari 1964, NJ 1964, 445 en meer recent HR 5 april 2002, NJ 2003, 356).
4.4. Deze maatstaf toepassend, is de voorzieningenrechter voorshands van oordeel dat de verhandeling van alternatieve standaard I geen overtreding van het verbod oplevert. Op een aantal punten, die de voorzieningenrechter te Dordrecht voor de inbreukvraag van belang heeft gebracht, heeft Sky-Lite enige onmiskenbare veranderingen aangebracht (zie figuren hierna en zoals geconstateerd ter zitting). Hiervan springt vooral in het oog de duidelijk andere vormgeving van de vloerplaat. De voorkant van de nieuwe vloerplaat is naar binnen gebogen (hol) terwijl deze van de oude plaat naar buiten gebogen was (bol). De zijkanten lopen thans schuin in plaats van recht, terwijl de achterkant van de nieuwe vloerplaat een kromming vertoont tegenover de hoofdzakelijk rechte achterkant van de oude vloerplaat. Ook de uitgespaarde handvaten zijn aangepast, te weten van recht naar enigszins driehoekig.
nieuwe standaard van Sky-Lite
oude vloerplaat
nieuwe vloerplaat
Bovendien is van belang dat de stalen onderdelen van standaard I (de vloerplaat, de bevestigingsbracket en de afdekplaatjes) niet langer in matzwart zijn uitgevoerd maar in een grijstint. Gelet voorts op de relatief beperkte speelruimte vanwege technische eisen, zoals door Sky-Lite aannemelijk gemaakt, kan zelfs serieus de vraag worden gesteld of deze nieuwe standaard I (nog) inbreuk maakt op de auteursrechten van Audipack.
4.5. Het voorgaande geldt te sterker nu de voorzieningenrechter nadrukkelijk het aanvankelijk in nog algemenere termen geformuleerde verbod heeft afgewezen (zie r.o. 3.13).
4.6. Het betoog van Audipack dat in de beslissing tevens Sky-Lite wordt verboden onderdelen van de verboden standaard te verhandelen en dat in standaard I nog een aantal onderdelen (bijvoorbeeld de staander) is verwerkt die ook in de oude standaard zaten, zodat deze om die reden door het verbod zouden worden bestreken, gaat niet op. Het is duidelijk dat het verbod eerst en vooral ziet op de standaard als geheel, nu de voorzieningenrechter de totaalindrukken daarvan gelijkend heeft geoordeeld en ook slechts de auteursrechtelijke beschermbaarheid van de gehele staander van Audipack heeft beoordeeld. Het vonnis zwijgt over hoe deze vragen voor de diverse onderdelen moeten worden beantwoord. Het komt deze voorzieningenrechter dan ook voor dat de rechter op dit punt van zijn beslissing het oog heeft gehad op het feit dat de standaarden niet in elkaar gezet worden verkocht, maar in onderdelen uit elkaar geschroefd (in feite dus als bouwpakket) in een flight case. In elk geval kan serieus worden betwijfeld of de voorzieningenrechter het effect voor ogen heeft gehad dat thans door Audipack wordt bepleit.
4.7. De subsidiair door Sky-Lite voorgestelde standaard II, die afwijkt van standaard I door een grijze coating op de staander, behoeft gelet op het voorgaande niet te worden beoordeeld.
4.8. Hoewel op zich Audipack nog niet heeft geprobeerd dwangsommen te innen met betrekking tot eventuele verkopen van de alternatieve standaard I, acht de voorzieningenrechter een spoedeisend belang gegeven. Het is immers voor Sky-Lite van belang te weten of zij met de verhandeling van deze standaard dwangsommen verbeurt, terwijl Audipack desverzocht niet heeft willen aangeven daarop geen aanspraak te zullen doen en het vonnis betekend is. Evenmin is sprake van 'ne bis in idem', zoals Audipack nog heeft betoogd, aangezien in Dordrecht niet de vraag voorlag of de nieuwe standaard onder het verbod valt. De voorzieningenrechter vermag ook niet in te zien dat materieel sprake zou zijn van een verklaring voor recht. Aan Audipack zal immers slechts worden verboden het vonnis te executeren ten aanzien van alternatieve standaard I. Het is uiteindelijk aan de bodemrechter te beoordelen of - en zo ja, in welke mate - met de verhandeling van de alternatieve standaard I dwangsommen zijn verbeurd.
4.9. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als volgt.
4.10. Audipack zal als de in het ongelijk gestelde partij in de redelijke en evenredige proceskosten worden veroordeeld. Voorshands dienen ook de proceskosten gerezen in verband met de executie van een vonnis dat als voorwerp heeft de handhaving van rechten van intellectuele eigendom conform artikel 14 Handhavingsrichtlijn/artikel 1019h jo. 1019 Rv te worden vastgesteld, nu de executie is te beschouwen als een verlengstuk van deze handhaving. Volgens vaste jurisprudentie kan voorts niet worden aangenomen dat 1019h Rv enkel kan gelden ten faveure van de rechthebbende op het betreffende intellectuele-eigendomsrecht. De bepaling zelf maakt dat onderscheid immers niet, maar heeft het over 'de in het gelijk gestelde partij' en 'de verliezende partij'. Hetzelfde blijkt uit artikelen 237, 238 en 239 Rv. Artikel 237 Rv schrijft vervolgens voor dat de proceskostenver-oordeling in beginsel bij het te wijzen vonnis dient plaats te vinden zodat een specifiek spoedeisend belang hierbij niet nodig is. Audipack heeft nog gesteld dat de door Sky-Lite opgevoerde kosten (EUR 8.983,50 excl. BTW) bovenmatig zouden zijn. Zij heeft echter niet aangegeven op welke punten die kosten te hoog zouden zijn (bijvoorbeeld door gemotiveerd aan te geven dat de hoeveelheid bestede uren te groot is of het gehanteerde uurtarief te hoog), terwijl zulks evenmin anderszins valt in te zien, zodat daaraan voorbij is te gaan. De kosten aan de zijde van Sky-Lite worden derhalve begroot op:
- dagvaarding EUR 70,85
- vast recht 251,00
- salaris procureur 8.983,50
Totaal EUR 9.305,35
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. verbiedt Audipack tot executie van het vonnis van 7 juni 2007 over te gaan ten aanzien van de alternatieve stand I op straffe van een dwangsom van EUR 10.000,- voor iedere gehele of gedeeltelijke overtreding van dit verbod en voor iedere dag dat de overtreding voortduurt, tot een maximum van EUR 100.000,-,
5.2. bepaalt dat deze dwangsom vatbaar zal zijn voor matiging door de rechter, voorzover handhaving daarvan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn, in aanmerking genomen de mate waarin aan het vonnis is voldaan, de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid van de overtreding,
5.3. veroordeelt Audipack in de proceskosten, aan de zijde van Sky-Lite tot op heden begroot op EUR 9.305,35,
5.4. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.F. Brinkman en in het openbaar uitgesproken op 10 augustus 2007.