ECLI:NL:RBSGR:2007:BA6597
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Y. Klik
- Rechtspraak.nl
Intrekking van het beroep inzake verblijfsvergunning asiel voor eiseres na vrijwillige terugkeer naar land van herkomst
In deze uitspraak van de Rechtbank 's-Gravenhage, gedateerd 1 juni 2007, wordt het beroep van eiseres tegen het besluit van de Staatssecretaris van Justitie niet-ontvankelijk verklaard. Eiseres had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning op basis van asiel, maar heeft op 21 december 2006, samen met haar kinderen, vrijwillig haar woonruimte verlaten en is teruggekeerd naar haar land van herkomst. De rechtbank oordeelt dat de vertrekverklaring van eiseres, waarin zij instemt met de intrekking van de nog openstaande verblijfsrechtelijke procedures, onvoldoende is om het beroep bij de rechtbank in stand te houden. De rechtbank concludeert dat eiseres kennelijk geen bescherming in Nederland meer zoekt, aangezien zij vrijwillig is teruggekeerd en geen rechtens te honoreren belang meer heeft bij de beoordeling van de rechtmatigheid van het besluit van 14 oktober 2005.
Het procesverloop toont aan dat eiseres eerder een aanvraag om toelating als vluchteling had ingediend, die door de Staatssecretaris was afgewezen. Na een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter, die het besluit had vernietigd, werd het bezwaar van eiseres opnieuw ongegrond verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres en haar kinderen op 21 december 2006 zijn vertrokken, en dat de gemachtigde van eiseres niet ter zitting is verschenen om het belang van het beroep te onderbouwen. De rechtbank achtte de stelling van de gemachtigde dat er nog belang zou zijn bij een inhoudelijke beoordeling onvoldoende onderbouwd.
De rechtbank heeft uiteindelijk beslist dat het beroep niet-ontvankelijk is, zonder dat er aanleiding was om proceskosten of griffierecht te vergoeden. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open.