ECLI:NL:RBSGR:2007:BA5529
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.M. Bouritius
- J.M. Kramer
- Rechtspraak.nl
Verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap na echtscheiding met betrekking tot de verkoopopbrengst van een woning in Indonesië
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 15 mei 2007 uitspraak gedaan in een geschil tussen een man en een vrouw over de verdeling van hun huwelijksgoederengemeenschap na hun echtscheiding. De rechtbank heeft de verdeling per peildatum 1 mei 2005 vastgesteld. De vrouw had de echtelijke woning en de hypothecaire geldlening aan de man verzocht toe te scheiden, maar wilde ook een compensatie voor de overwaarde van de woning. De man verzocht om de woning en de hypothecaire lening aan hem toe te scheiden, zonder verdere verrekening. De rechtbank heeft vastgesteld dat de waarde van de woning € 210.000 bedraagt en de hypothecaire verplichting € 161.912,96, wat resulteert in een overwaarde van € 48.087,04. De vrouw heeft recht op de helft van deze overwaarde, zijnde € 24.043,52.
De rechtbank heeft ook de verkoopopbrengst van een woning in Indonesië in de beoordeling betrokken. De vrouw had deze woning verkocht en de opbrengst aan haar familie afgestaan, wat door de man werd betwist. De rechtbank oordeelde dat de vrouw de belangen van de man onvoldoende had aangetrokken bij deze verkoop. De rechtbank concludeerde dat de vrouw compensatie moet bieden voor het nadeel dat zij aan de huwelijksgemeenschap heeft toegebracht. Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten dat de echtelijke woning en de hypothecaire lening aan de man worden toegescheiden, terwijl de vrouw de verkoopopbrengst van de woning in Indonesië ontvangt, zonder verdere verrekening.