ECLI:NL:RBSGR:2007:BA2324

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
27 maart 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
09/535765-05 (tul)
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • A. Poustochkine
  • M. Braam
  • E. Bandell-Hauptova
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tenuitvoerlegging van voorwaardelijke veroordeling wegens niet naleven van reclasseringsvoorwaarden

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 27 maart 2007 uitspraak gedaan over de tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke veroordeling. De veroordeelde had zich niet gehouden aan de bijzondere voorwaarden die waren opgelegd bij een eerder vonnis van 1 juni 2006. Deze voorwaarden hielden in dat de veroordeelde alle aanwijzingen van de reclassering diende op te volgen. De veroordeelde vertrok echter voor vakantie naar Thailand, wat de reclassering onmogelijk maakte om toezicht te houden. Dit leidde tot de conclusie dat de veroordeelde niet in staat was om aan de voorwaarden te voldoen, vooral gezien zijn achtergrond en de risico's die verbonden zijn aan kinderprostitutie in Thailand.

De rechtbank overwoog dat de bijzondere voorwaarden waren opgelegd om het risico op herhaling van strafbare feiten te minimaliseren, gezien de aard van de veroordeling. De veroordeelde had in het verleden al onvoldoende effect van behandeling ervaren, wat de noodzaak van intensief toezicht door de reclassering onderstreepte. De rechtbank oordeelde dat het onacceptabel was dat de veroordeelde zich gedurende zes weken aan dit toezicht onttrok, vooral gezien de specifieke risico's die aan zijn reis naar Thailand verbonden waren.

De rechtbank gelastte de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf van 12 maanden, die eerder voorwaardelijk was opgelegd. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en na een zorgvuldige afweging van de feiten en omstandigheden. De rechtbank benadrukte het belang van naleving van de voorwaarden voor de veiligheid van de samenleving en de bescherming van kwetsbare groepen.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
SECTOR STRAFRECHT
MEERVOUDIGE KAMER
Parketnummer: 09/535765-05 (tul)
BESLISSING NA VOORWAARDELIJKE VEROORDELING
Beslissing van de rechtbank 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, op de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde gedeelte van de gevangenisstraf in de zaak tegen de veroordeelde:
[veroordeelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
adres: [adres].
De opgelegde straf.
De veroordeelde is bij onherroepelijk geworden vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, d.d. 1 juni 2006 veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 13 maanden en 9 dagen, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren, met als bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd niet zonder supervisie zal ophouden met kinderen (in welke vorm dan ook); niet zal zoeken of kijken naar kinderpornografisch beeldmateriaal; geen contact zal zoeken met kinderen (op welke wijze dan ook); alle aanwijzingen van de reclassering zal opvolgen, ook als dat inhoudt deelname aan een polygrafisch interview en/of ambulante (vervolg)behandeling door de dr. S. Mesdagkliniek en ook als de reclassering het nodig acht de nakoming van de voorwaarden te (laten) controleren in verdachte's woning en/of computer.
De vordering.
De schriftelijke vordering van officier van justitie d.d. 3 november 2006 strekt ertoe dat de rechtbank alsnog de tenuitvoerlegging zal gelasten van het voorwaardelijk opgelegde gedeelte van de gevangenisstraf.
De behandeling ter terechtzitting.
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 13 maart 2007.
De veroordeelde en diens raadsman, mr. Meijers, advocaat te Leidschendam is mede ter terechtzitting verschenen.
De officier van justitie, mr. Degeling, heeft gepersisteerd bij de schriftelijke vordering tot tenuitvoerlegging.
De beoordeling van de vordering.
Blijkens de inhoud van het Afloopbericht toezicht van reclassering Nederland, regio Noord Nederland arrondissement Groningen d.d. 3 november 2006, opgesteld en ondertekend door F. Krol, heeft de veroordeelde zich niet gehouden aan de bij voormeld vonnis opgelegde bijzondere voorwaarde alle aanwijzingen van de reclassering op te volgen door voor vakantie naar Thailand te vertrekken. Hierdoor is het voor de reclassering onmogelijk geworden om invulling te geven aan het toezicht, omdat controle onder die omstandigheden niet mogelijk is en veroordeelde ook niet in staat is om naar de wekelijkse afspraken te komen. Voorts geeft de rapporteur aan dat Thailand een reputatie heeft op het gebied van kinderprostitutie en er onvoldoende vertrouwen is om veroordeelde naar zijn vakantiebestemming te laten vertrekken.
Ter terechtzitting heeft de veroordeelde aangevoerd dat hij zeer slecht tegen kou en nattigheid kan en daarom voor zijn gezondheid naar Thailand wilde. Veroordeelde had reeds een ticket gekocht en wilde niet weer annuleringskosten betalen. Hij had immers eerder een reis naar Mexico geboekt en deze moest hij annuleren, omdat hij vanwege zijn strafblad een visum nodig had. Veroordeelde stelt dat in het vonnis niet staat dat de reclassering hem kan dwingen niet op vakantie te gaan. Voorts is hij van oordeel dat het reclasseringstoezicht toch al niets voorstelde, aangezien er slechts vier keer contact is geweest.
De rechtbank acht, nu de veroordeelde de aanwijzingen van de reclassering niet heeft opgevolgd en ondanks meerdere waarschuwingen toch naar Thailand is afgereisd, termen aanwezig de tenuitvoerlegging te gelasten van het voorwaardelijk gedeelte van de opgelegde straf.
De rechtbank heeft daarbij het volgende overwogen.
De aan de straf verbonden bijzondere voorwaarden houden verband met het oordeel dat verdachte niet in staat is zijn seksuele zucht naar kinderen te controleren. Behandeling daarvoor heeft in het verleden onvoldoende effect gesorteerd om herhaling te voorkomen. Mede door een langdurige en intensieve controle door de reclassering, in samenhang met de andere voorwaarden wordt beoogd het gevaar van herhaling zo klein mogelijk te maken. Daarin past niet dat verdachte zich gedurende zes weken aan die controle onttrekt. Daarin past al helemaal niet dat verdachte zich gedurende die periode begeeft naar een land waarin kinderprostitutie heel veel voorkomt. De rechtbank acht het een feit van algemene bekendheid dat juist met het oog op die kinderprostitutie voor sommige mensen Thailand een vakantiebestemming vormt.
Beslissing.
De rechtbank,
gelast de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf, voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van 1 juni 2006 van de rechtbank te 's-Gravenhage, te weten:
gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden.
Deze beslissing is genomen door
mrs Poustochkine, voorzitter,
Braam en Bandell-Hauptova, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. Hamelink, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 27 maart 2007.