ECLI:NL:RBSGR:2007:BA0529
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bewaring van Afghaanse vreemdeling en gedwongen terugkeer naar Afghanistan
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 7 maart 2007 uitspraak gedaan in een bodemprocedure betreffende de bewaring van een Afghaanse vreemdeling, geboren in 1983, die verblijft in de penitentiaire inrichting te Tilburg. De vreemdeling, eiser in deze procedure, heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van zijn bewaring, die op 27 april 2006 was opgelegd. De rechtbank heeft eerder op 14 februari 2007 geoordeeld dat het voortduren van de maatregel van bewaring gerechtvaardigd is. De rechtbank heeft in deze uitspraak overwogen dat de Afghaanse autoriteiten akkoord zijn gegaan met de terugkeer van eiser naar Afghanistan en dat er zicht op uitzetting is, ondanks het feit dat eiser op de dag van de geplande vlucht, 20 februari 2007, een herhaald asielverzoek heeft ingediend. Dit verzoek werd ingediend kort voor de vlucht, waardoor het voor de verweerder niet mogelijk was om een voorlopig oordeel te vormen over de situatie van eiser.
De rechtbank heeft de brieven van de Consul van Afghanistan in Nederland, gedateerd 29 november en 1 december 2006, in overweging genomen. In deze brieven wordt niet vermeld dat gedwongen terugkeer naar Afghanistan met een EU-document niet mogelijk is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de inhoud van deze brieven niet in die zin dient te worden uitgelegd. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat de verweerder ter zitting onweersproken heeft gesteld dat gedwongen verwijdering van Afghaanse vreemdelingen naar Afghanistan met een EU-document plaatsvindt.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat de duur van de bewaring niet bij wet is gemaximeerd en dat er geen grond is voor een ander oordeel over het voortduren van de bewaring. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. R.M. Teekens, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.