ECLI:NL:RBSGR:2006:AZ3612
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onterecht opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting door gemeente Leiden
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 3 november 2006 uitspraak gedaan over een naheffingsaanslag parkeerbelasting die aan eiser was opgelegd door de gemeente Leiden. Eiser, woonachtig in België, had op 2 juni 2005 zijn auto geparkeerd aan de [a-straat] te Leiden. Tijdens een controle door een parkeercontroleur werd vastgesteld dat er geen geldig betaalbewijs in het voertuig aanwezig was, wat leidde tot de naheffingsaanslag van € 48, bestaande uit € 2 parkeerbelasting en € 46 kosten van de naheffingsaanslag.
Eiser heeft betoogd dat hij niet op de hoogte was van de betalingsmogelijkheden, aangezien hij alleen gebruik kon maken van een rekeninggebonden chipkaart en de mogelijkheid om contant te betalen niet kenbaar was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gemeente Leiden niet voldeed aan de wettelijke vereisten zoals vastgelegd in artikel 1a van het Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen. Dit artikel vereist dat belastingplichtigen de keuze moeten hebben tussen verschillende betaalmethoden, waaronder een niet-rekeninggebonden chipkaart.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de wijze van heffing van de parkeerbelasting op de locatie waar eiser zijn auto had geparkeerd niet voldeed aan de wettelijke vereisten. Daarom heeft de rechtbank het beroep van eiser gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd en de naheffingsaanslag opgeheven. Tevens is de gemeente Leiden gelast om het door eiser betaalde griffierecht van € 37 aan hem te vergoeden. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke en toegankelijke betalingsmogelijkheden voor alle automobilisten, inclusief buitenlandse bezoekers.