ECLI:NL:RBSGR:2006:AY6526
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding zonder rechtsgeldig huwelijk en verzoek om verklaring voor recht
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 14 april 2006 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure. De vrouw had verzocht om echtscheiding, maar de rechtbank oordeelde dat er geen rechtsgeldig huwelijk was gesloten, omdat niet was voldaan aan de wettelijke vereisten voor huwelijksvoltrekking. De vrouw had geen afschrift of uittreksel van de huwelijksakte overgelegd, wat volgens artikel 815 lid 2 onder a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering vereist is. De vrouw verklaarde ter terechtzitting dat zij in 1971 te Suriname met de man was getrouwd, maar dat het huwelijk niet was voltrokken voor een ambtenaar van de burgerlijke stand. Dit leidde de rechtbank tot de conclusie dat er geen rechtsgeldig huwelijk was en verklaarde de vrouw niet-ontvankelijk in haar verzoek tot echtscheiding en nevenvorderingen.
De rechtbank hield de zaak aan met betrekking tot het aanvullende verzoek van de vrouw om een verklaring voor recht dat er geen rechtsgeldig huwelijk was. De vrouw had dit verzoek pas mondeling ter terechtzitting gedaan, en de rechtbank besloot haar de gelegenheid te geven om dit verzoek bij exploot aan de man te betekenen. De man was niet in het geding verschenen, waardoor een verandering of vermeerdering van het verzoek uitgesloten was zonder tijdige kennisgeving aan de wederpartij. De rechtbank stelde een pro forma datum vast voor 1 juli 2006, waarbij de vrouw het originele betekeningsexploot uiterlijk twee weken voor deze datum moest overleggen. De beslissing over de proceskostenveroordeling werd eveneens aangehouden.