ECLI:NL:RBSGR:2006:AW2860
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de functiebeschrijving van een ambtenaar in het kader van incidentele en structurele taken
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 10 februari 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, A., en de Commandant der Landstrijdkrachten. Eiser, werkzaam als Hoofd Bureau Financieel Economische Zaken bij het Regionaal Militair Commando, heeft verzocht om aanpassing van zijn functiebeschrijving. Hij stelt dat hij structureel extra taken heeft gekregen, zoals het optreden als reserve Regelingsofficier Stoet op Prinsjesdag en deelname aan Staatsbegrafenissen. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser deze stelling niet voldoende heeft onderbouwd. Verweerder heeft aannemelijk gemaakt dat de taken die eiser heeft verricht incidenteel van aard zijn en geen invloed hebben op de zwaarte van zijn functie. De rechtbank oordeelt dat de Commandant der Landstrijdkrachten terecht heeft besloten om deze taken niet op te nemen in de functiebeschrijving van eiser. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft in haar overwegingen het wettelijke kader en de relevante richtlijnen omtrent functiebeschrijvingen in het ambtenarenrecht besproken. Daarbij is benadrukt dat structureel opgedragen taken permanent zijn en van invloed kunnen zijn op de zwaarte van de functie, terwijl incidentele taken dat niet zijn. De rechtbank heeft ook gewezen op de goede procesorde, waarbij nieuwe gronden pas ter zitting niet zijn toegestaan. De uitspraak is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. drs. I. Goud.