ECLI:NL:RBSGR:2005:AX8599
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen met betrekking tot autokostenforfait
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 23 december 2005 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en de inspecteur van de Belastingdienst over de hoogte van de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2003. Eiser had een personenauto ter beschikking gesteld gekregen door zijn werkgever, zowel voor werk als privégebruik. De inspecteur had het autokostenforfait vastgesteld op 25% van de cataloguswaarde van de auto, wat resulteerde in een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 45.284. Eiser stelde echter dat hij minder dan 8.000 kilometer privé had gereden en had een rittenregistratie overgelegd die dit zou onderbouwen.
De rechtbank oordeelde dat de rittenregistratie van eiser, hoewel niet perfect, een redelijk betrouwbaar beeld gaf van het gebruik van de auto. De rechtbank concludeerde dat het aantal privé-kilometers niet hoger was dan 6.000 en dat het autokostenforfait dus verlaagd moest worden. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser gegrond, vernietigde de uitspraak op bezwaar van de inspecteur en stelde het belastbaar inkomen uit werk en woning vast op € 42.784. Tevens werd de inspecteur veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht aan eiser.
Deze uitspraak benadrukt het belang van een correcte rittenregistratie en de mogelijkheid voor belastingplichtigen om met voldoende bewijs aan te tonen dat het aantal privé-kilometers lager is dan door de inspecteur is vastgesteld. De rechtbank heeft de onjuistheden in de rittenregistratie van eiser in overweging genomen, maar concludeerde dat deze niet voldoende waren om de gehele registratie te verwerpen.