ECLI:NL:RBSGR:2005:AU8363

• Datum uitspraak: 27 september 2005
• Publicatiedatum: 4 april 2013
• Zaaknummer: 447167/04-20105
• Instantie: Rechtbank 's-Gravenhage
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: J.C.J. Smallenbroek; Von Maltzahn
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Incidenteel vonnis inzake huwelijksakte en effectenleaseovereenkomst

In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage, sector kanton, heeft de kantonrechter op 27 september 2005 een incidenteel vonnis gewezen. De eiseres, die zonder huwelijkse voorwaarden is gehuwd met haar echtgenoot, verzoekt om tussenkomst in een lopende zaak tussen haar echtgenoot en Dexia Bank Nederland N.V. De eiseres stelt dat zij pas in maart 2004 op de hoogte raakte van een effectenleaseovereenkomst die haar echtgenoot op 12 april 2001 met Dexia had gesloten. Dexia betwist het bestaan van het huwelijk en beroept zich op verjaring, alsook op de artikelen 1:88 en 1:89 van het Burgerlijk Wetboek.

De kantonrechter heeft kennisgenomen van de incidentele conclusies van beide partijen en heeft besloten de zaak te verwijzen naar de rol, zodat de eiseres in de gelegenheid wordt gesteld een kopie van haar huwelijksakte over te leggen. Tevens moet zij feiten en omstandigheden aanvoeren die verklaren waarom zij pas in maart 2004 kennis nam van de overeenkomst tussen haar echtgenoot en Dexia. De rechter heeft iedere verdere beslissing aangehouden en de zaak is gepland voor een uitlating bij akte op 17 oktober 2005.

Dit vonnis is uitgesproken in aanwezigheid van de griffier en onder leiding van de kantonrechter, mr. Von Maltzahn. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor de eiseres om haar huwelijksakte te overleggen en de relevante feiten te presenteren, wat cruciaal is voor de beoordeling van haar verzoek tot tussenkomst in de zaak.

Uitspraak

RECHTBANK 's-GRAVENHAGE

Sector kanton - locatie 's-Gravenhage

vm

rolnummer: 447167/04-20105

datum: 27 september 2005

Vonnis in de zaak van:

[eiseres],

wonende te [woonplaats],

eiseres in het incident

gemachtigde: mr J.C.J. Smallenbroek,

tegen:

de naamloze vennootschap Dexia Bank Nederland N.V.,

gevestigd te Amsterdam,

gedaagde in het incident tot tussenkomst,

gemachtigde: E van Mastrigt, gerechtsdeurwaarder te 's-Gravenhage,

Partijen worden hierna genoemd: [eiseres] en Dexia

Procedure

1. De kantonrechter heeft kennis genomen van:

- de incidentele conclusie tot tussenkomst in de zaak tussen Dexia en [echtgenoot];

- de incidentele conclusie van antwoord in het incident tot tussenkomst.

Vordering en verweer in het incident

2. [eiseres] verzoekt haar toe te laten tussen te komen in de zaak tussen Dexia en [echtgenoot]. Zij stelt dat zij sinds 26 juni 1995 zonder het maken van huwelijkse voorwaarden is gehuwd met [echtgenoot] en pas in maart 2004 te weten kwam dat haar echtgenoot op 12 april 2001 een effectenleaseovereenkomst met Dexia had gesloten.

3. Dexia betwist het bestaan van het huwelijk en voert onder meer aan dat artikel 1:88 BW en 1:89 BW hier niet van toepassing zijn. Zij beroept zich verder op verjaring. Om redenen van proceseconomie refereert zij zich aan het oordeel van de rechtbank, sector kanton.

Beoordeling

4. De zaak zal verwezen naar de rol teneinde [eiseres] in de gelegenheid te stellen een kopie van haar huwelijksakte over te leggen en voorts feiten en omstandigheden te stellen, die verklaren waarom zij eerst in maart 2004 kennis nam van de overeenkomst tussen [echtgenoot] en Dexia.

5. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

Beslissing

De kantonrechter,

in het incident

Verwijst de zaak naar de rol van 17 oktober 2005 voor een uitlating bij akte van [eiseres], waarna Dexia zich bij antwoordakte zal mogen uitlaten over deze akte;.

Houdt iedere verdere beslissing aan.

Dit vonnis is gewezen door mr. Von Maltzahn, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 september 2005, in tegenwoordigheid van de griffier.