ECLI:NL:RBSGR:2005:AU3052
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak met betrekking tot uitzetting
Op 7 september 2005 heeft verzoeker, een man van Sierraleoonse nationaliteit, een verzoek om voorlopige voorziening ingediend bij de Rechtbank 's-Gravenhage. Dit verzoek had als doel om de uitzetting, die gepland stond voor 8 september 2005, te laten achterwege blijven totdat het beroep tegen de maatregel van bewaring was behandeld. Verzoeker stelde dat de bewaring onrechtmatig was. De voorzieningenrechter overwoog dat verzoeker geen belang had bij het afwachten van de behandeling van het beroep, omdat dit de bevoegdheid van de verweerder om verzoeker uit te zetten niet beïnvloedde.
De voorzieningenrechter merkte op dat verzoeker op 1 september 2005 in bewaring was gesteld op basis van de Vreemdelingenwet en dat hij op 7 september 2005 een bezwaarschrift had ingediend tegen de feitelijke verwijdering. De rechter concludeerde dat het verzoek om voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, omdat verzoeker geen feiten of omstandigheden had aangevoerd die de feitelijke verwijdering zouden kunnen belemmeren.
Uiteindelijk werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, en de voorzieningenrechter besloot het onderzoek te sluiten. De uitspraak werd gedaan door mr. J. Ebbens en uitgesproken in het openbaar op dezelfde dag, in aanwezigheid van de griffier mr. P. Bruins-Langedijk.