ECLI:NL:RBSGR:2005:AU1593

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
25 augustus 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
KG 05/1009
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.S.W. Holtrop
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot het mogelijk maken van eindexamen Turks voor leerlingen van de vestiging Westhovenplein

In deze zaak vorderden eisers, ouders van leerlingen van de vestiging Westhovenplein van de stichting "Stichting Scholengroep Den Haag Zuid-West", dat de school hen zou verplichten om alle leerlingen die sinds het schooljaar 2002-2003 het vak Turks hebben gevolgd, in staat te stellen eindexamen te doen in dit vak. De school had eerder aan de ouders bevestigd dat het vak Turks in het schooljaar 2004-2005 voor het laatst zou worden aangeboden, vanwege veranderingen in de financiering door het Ministerie. Eisers stelden dat de school hen en de leerlingen herhaaldelijk had toegezegd dat zij in staat zouden zijn om eindexamen te doen in het vak Turks, maar dat de school nu terugkwam op deze toezeggingen. De school voerde aan dat de bekostiging van het vak Turks per 1 augustus 2004 was geschrapt en dat zij in een slechte financiële situatie verkeerde, waardoor het onderwijs in het vak Turks moest worden beëindigd. De voorzieningenrechter oordeelde dat de school niet onrechtmatig had gehandeld door de toezeggingen niet na te komen, omdat er geen bindende toezeggingen waren gedaan en de school de leerlingen voldoende had geïnformeerd over de gevolgen van het schrappen van het vak. De vorderingen van eisers werden afgewezen en zij werden veroordeeld in de kosten van het geding.

Uitspraak

RECHTBANK 's-GRAVENHAGE
sector civiel recht - voorzieningenrechter
Vonnis in kort geding van 25 augustus 2005,
gewezen in de zaak met rolnummer KG 05/1009 van:
1. [eiser 1],
2. [eiser 2],
3. [eiser 3],
4. [eiser 4],
5. [eiser 5],
6. [eiser 6],
7. [eiser 7],
8. [eiser 8],
9. [eiser 9],
10. [eiser 10],
11. [eiser 11],
12. [eiser 12],
allen wonende te ’s-Gravenhage,
eisers,
procureur mr. N. Ibis-Ciftci,
tegen:
de stichting “Stichting Scholengroep Den Haag Zuid-West”,
gevestigd te ‘s-Gravenhage,
gedaagde,
in persoon verschenen,
bijgestaan door haar gemachtigde mr. W. Lindeboom.
1. De feiten
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting van 17 augustus 2005 wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
1.1. De kinderen van eisers (hierna ook te noemen “de ouders”) zijn leerlingen (hierna ook te noemen “de leerlingen”) van de vestiging Westhovenplein van gedaagde, hierna ook te noemen “de school”. Op deze school werd onder meer het vak Turks onderwezen.
1.2. Bij Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs is de bekostiging van het Onderwijs in Allochtone Levende Talen (OALT), waaronder het vak Turks, met ingang van 1 augustus 2004 geschrapt.
1.3. Aan het eind van het cursusjaar 2003/2004 heeft de school besloten het onderwijs in het vak Turks te beëindigen.
1.4. Bij brief van 26 mei 2004 hebben leerlingen van de tweede en derde klas van de school die het vak Turks volgden bij de directie van de school tegen de beslissing geprotesteerd.
1.5. Bij brief van 28 juni 2004 heeft de school aan de ouders van de leerlingen die toen in de klassen 2 VMBO-TL (2t), 2 en 3 HAVO (2h, 3h) en 2 en 3 VWO (2v, 3v) zaten, bevestigd dat zij in verband met verandering in de financiering door het Ministerie had besloten het vak Turks in het schooljaar 2004-2005 voor het laatst aan te bieden. In de brief worden eerder gedane toezeggingen herhaald met betrekking tot het zoeken naar een oplossing voor de jaren daarna, waarbij wordt vermeld dat er geen garantie wordt gegeven dat er een oplossing komt.
In de brief wordt vervolgens tevens het navolgende vermeld:
“Voor de LEERLINGEN van 2V, 2H en 2T van dit jaar geldt dus dat het vak gekozen kan worden door degenen die het komende jaar in 3v, 3h of 3t zitten, maar dat het volstrekt onzeker is of het daarna nog kan. Een leerling die naar 3t gaat kan het daardoor uitsluitend als extra examenvak kiezen. Komt er geen oplossing, dan staan er in ieder geval voldoende examenvakken.
(…..)
Voor de LEERLINGEN van 3H van dit jaar geldt dat leerlingen voor het komende jaar in 4havo arabisch 1 en turks 1 hebben kunnen kiezen, maar dat het volstrekt onzeker is of het jaar daarop in 5havo arabisch 2 of turks 2 gevolgd kan worden. Wie er toch voor kiest, moet in ieder geval één ander vak in de vrije ruimte kiezen. Komt er geen oplossing, dan staat er in ieder geval een ander vak in de vrije ruimte.”
1.6. Bij brief van 28 april 2005 is namens de raadsvrouw van eisers de inhoud van een telefoongesprek bevestigd dat was gevoerd met de heer [interim-directeur], interim-directeur van de School. Daarin wordt medegedeeld dat hij in het gesprek had aangegeven dat leerlingen die het komende schooljaar examens moesten afleggen en het vak Turks in hun pakket hadden Turkse lessen konden blijven volgen en dat het voor hen mogelijk was het eindexamen Turks af te leggen.
1.7. Bij brief van 29 april 2005 heeft de school aan de raadsvrouw van eisers bericht dat de vakken Turks en Arabisch met ingang van het cursusjaar 2005/2006 van het curriculum werden geschrapt. Daarbij was tevens meegedeeld dat de school inmiddels contact had gelegd met een andere school om leerlingen in staat te stellen eindexamen in de genoemde vakken af te leggen.
1.8. Bij brief van 10 juni 2005 heeft de School aan de ouders van de leerlingen in 3t en 4h die Turks of Arabisch volgen in verband met de bij de ouders bestaande onduidelijkheid bericht dat het volgen van Turks of Arabisch in 4t of 5havo voor het schooljaar 2005-2006 niet mogelijk is.
1.9. Het vak Turks is vervolgens met instemming van de medezeggenschapsraad van de school met ingang van 1 augustus 2005 van het lesrooster geschrapt. Voor de leerlingen die in het cursusjaar 2005/2006 in 6 VWO zitten is besloten dat zij nog eindexamen in het vak Turks kunnen doen.
1.10. De school heeft geprobeerd de lessen Turks elders onder te brengen. Deze pogingen hebben geen resultaat gehad.
2. De vordering, de gronden daarvoor en het verweer
Eisers vorderen –zakelijk weergegeven–:
primair gedaagde te bevelen alle leerlingen van de vestiging Westhovenplein die sinds het schooljaar 2002-2003 het vak Turks hebben gevolgd, in staat te stellen eindexamen te doen in het genoemde vak door aan de genoemde leerlingen de benodigde faciliteiten aan te bieden;
subsidiair gedaagde te bevelen de leerlingen die in het schooljaar 2005-2006 eindexamen moeten doen en die het vak Turks sinds het schooljaar 2002-2003 hebben gevolgd, in staat te stellen eindexamen te doen in het genoemde vak door aan genoemde leerlingen de benodigde faciliteiten aan te bieden;
al het voorgaande op straffe van een dwangsom.
Daartoe voeren eisers - kort samengevat - het volgende aan.
De school heeft de leerlingen en de ouders vanaf het schooljaar 2002-2003 tot heden een aantal keren schriftelijk en mondeling toegezegd dat de leerlingen die in het schooljaar 2002-2003 het vak Turks reeds volgden, in staat zouden zijn hierin eindexamen te doen en hun studie succesvol af te sluiten. In dit verband hebben zij ook melding gemaakt van de (eerste) toezegging van 130303. Plotseling is de school teruggekomen op de gedane toezegging en weigert zij op zoek te gaan naar een passende oplossing voor de leerlingen.
In totaal zijn er ongeveer 50 leerlingen van de vestiging Westhovenplein, die door deze handelwijze van de School worden gedupeerd. Vooral de leerlingen die in het komende schooljaar eindexamen moeten doen, zullen grote schade lijden.
De school heeft nagelaten om de wederzijdse belangen (bedoeld is: de belangen van de leerlingen) in aanmerking te nemen. In redelijkheid kan de school niet komen tot de beslissing om de leerlingen te verplichten om zich minder dan 8 maanden voor te bereiden op een nieuw examenvak. Met de bovengenoemde handelwijze handelt de school derhalve onrechtmatig jegens de leerlingen.
Gedaagde voert gemotiveerd verweer dat kort gezegd als volgt luidt.
De school werd in het cursusjaar 2003-2004 geconfronteerd met een wetswijziging waardoor de volledige bekostiging van de lessen in het Turks wegviel. Aan het eind van het cursusjaar 2004/2005 was er bij de school bovendien sprake van een sterk verslechterde financiële situatie. Daarom werd besloten het onderwijs in het vak Turks te beëindigen. Reeds in mei 2004 heeft de school aan eisers laten weten dat het ‘volstrekt onzeker’ was dat zij eindexamen in het vak Turks zouden kunnen doen. Eisers hebben dat in mei 2004 ook zo begrepen. In juni 2004 heeft de School maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat de leerlingen vanaf augustus 2004 naast of in plaats van Turks een ander examenvak zouden gaan volgen waardoor het eventueel wegvallen van het Turks op 1 augustus 2005 niet tot problemen zou leiden. Eisers hebben die maatregelen gevolgd. Daardoor behoeven zij in vergelijking met andere leerlingen geen extra studie-inspanningen te verrichten. Ook na juni 2004 heeft de School nooit aan eisers of hun raadsvrouw toegezegd dat de leerlingen namens wie zij nu opkomen toch nog eindexamen Turks konden doen. De school heeft wel geprobeerd nog verdergaande overgangsmaatregelen te treffen, maar dat is niet mogelijk gebleken.
3. De beoordeling van het geschil
3.1. Vaststaat dat de bekostiging van het OALT per 1 augustus 2004 door de overheid is geschrapt. Op zich zelf is niet onbegrijpelijk of onredelijk dat de school naar aanleiding van deze maatregel, en in aanmerking genomen de op dat moment – naar niet weersproken is – zeer slechte financiële situatie van de school, de beslissing heeft genomen om het onderwijs in het vak Turks te beëindigen.
In dit geding dient de vraag te worden beoordeeld of, zoals eisers stellen, de school onrechtmatig heeft gehandeld door gedane toezeggingen niet na te komen en door na te laten leerlingen deugdelijk te informeren over de gevolgen van de beslissing.
Tussen partijen staat vast dat het geschil tussen hen geen betrekking heeft op de VWO leerlingen die het vak Turks hebben gevolgd dan wel in dat vak eindexamen gaan doen.
3.2. Eisers hebben gesteld dat de school aan hen heeft toegezegd dat de leerlingen die in het schooljaar 2002-2003 het vak Turks reeds volgden, het vak kunnen blijven volgen, totdat zij eindexamen hebben gedaan en hun diploma hebben behaald. Zij hebben onder meer verwezen naar eerdervermeld memo van de heer [functionaris school] van 13 maart 2003, waaruit dat zou blijken.
Een toezegging in deze zin , namelijk inclusief een garantie om eindexamen te doen, valt echter in deze memo niet te lezen. Bovendien was die memo, zoals onweersproken door de school is aangevoerd, bestemd voor de VMBO-afdeling van een andere vestiging en dus niet voor degenen die VMBO-TL en HAVO-onderwijs volgen op de vestiging Westhovenplein.
Eisers hebben voorts gerefereerd aan een telefoongesprek met de heer [interim-directeur] in april 2005 waarin eveneens een dergelijke toezegging zou zijn gedaan. De inhoud van de brief van 29 april 2005 die tevens beschouwd kan worden als reactie op de namens eisers op 28 april gezonden bevestiging van het gesprek, geeft duidelijk aan dat van een zodanige toezegging geen sprake kan zijn geweest. Ter terechtzitting heeft de heer [interim-directeur] de weergave van het telefoongesprek door eisers uitdrukkelijk betwist en eisers hebben ter zitting vervolgens erkend dat de heer [interim-directeur] geen toezegging had gedaan.
Gelet op het voorgaande is niet aannemelijk geworden dat de school de door eisers beweerde toezeggingen op enig moment heeft gedaan.
Wel is duidelijk geworden dat de school heeft beloofd om pogingen te ondernemen om elders Turkse lessen te realiseren. In de brief van 28 juni 2004 is echter uitdrukkelijk vermeld dat geen garantie kon worden gegeven dat er een oplossing zou worden gevonden. Dat de ouders niet steeds van de voortgang van die pogingen op de hoogte zijn gesteld en dat die pogingen uiteindelijk ook geen resultaat hebben opgeleverd leidt er niet toe dat de school onrechtmatig handelen kan worden verweten.
3.4. Evenmin is komen vast te staan dat de school de leerlingen niet deugdelijk heeft geïnformeerd over het wegvallen van het vak Turks.
Blijkens de gedingstukken zijn door de leerlingen van klassen 2 VMBO-TL en klassen 3 HAVO in mei 2004 zogenaamde stroomkeuze- respectievelijk pakketkeuzeformulieren ingevuld (en ondertekend door de ouders) waarop duidelijk was aangegeven uit welke vakken de leerlingen konden kiezen. Op het formulier van VMBO-TL stond vermeld: “Wie voor Arabisch of Turks kiest in klas 3 kan in klas 4 vmbo-tl in dat vak geen eindexamen doen.” Op het formulier voor de HAVO-leerlingen kwam alleen het vak Turks 1 voor, hetgeen betekende dat in dat vak geen eindexamen kon worden gedaan.
Uit bovenvermelde brief van 26 mei 2004 van de tweede en derdeklas leerlingen die Turks volgen op de lokatie Westhovenplein blijkt dat zij toen al op de hoogte waren dat zij geen eindexamen konden doen in dat vak. Voorts bevat eerdergenoemde brief van 28 juni 2004 een duidelijke uitleg over de gevolgen van het schrappen van het vak Turks.
Het voorgaande wijst er op dat de school de leerlingen voldoende heeft geïnformeerd. Ter zitting is bovendien gebleken dat de door eisers gestelde problemen, namelijk dat leerlingen die komend jaar eindexamen gaan doen zich ineens zouden moeten voorbereiden op een nieuw examenvak, zich in het geheel niet voordoen.
3.5. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de vorderingen moeten worden afgewezen. Een beoordeling, of de School – indien wél een bindende toezegging was gedaan – daaraan gelet op de weggevallen bekostiging van overheidswege onder de voorliggende omstandigheden onvoorwaardelijk gehouden zou zijn gebleven, zal achterwege blijven.
Eisers zullen, als de in het ongelijk gestelde partij, worden veroordeeld in de kosten van dit geding.
4. De beslissing
De voorzieningenrechter:
wijst het gevorderde af;
veroordeelt eisers in de kosten van dit geding, tot dusverre aan de zijde van gedaagde begroot op € 1.060,--, waarvan € 816,-- aan salaris van de gemachtigde en € 244,-- aan griffierecht.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.S.W. Holtrop en uitgesproken ter openbare zitting van 25 augustus 2005 in tegenwoordigheid van de griffier.
evm