ECLI:NL:RBSGR:2005:AT5762
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek om voorlopige voorziening inzake verblijfsvergunning voor arbeid als zelfstandige
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank 's-Gravenhage op 13 mei 2005 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening met betrekking tot een verblijfsvergunning. De verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning met de beperking 'arbeid als zelfstandige', terwijl zijn eerdere aanvraag betrekking had op 'arbeid in loondienst'. De voorzieningenrechter oordeelde dat, aangezien de huidige aanvraag onder een andere beperking valt en een ander toetsingskader heeft, er geen sprake is van een herhaalde aanvraag in de zin van artikel 4:6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De voorzieningenrechter benadrukte dat het systeem van de Vreemdelingenwet 2000 en het Vreemdelingenbesluit 2000 vereist dat voor elke beperking een afzonderlijke aanvraag moet worden ingediend. Dit betekent dat de eerdere afwijzingsgrond niet automatisch van toepassing is op de nieuwe aanvraag.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek toegewezen en verweerder, de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, veroordeeld in de proceskosten van de verzoeker, vastgesteld op € 644. Daarnaast is de Staat der Nederlanden gelast het door verzoeker betaalde griffierecht van € 138 te vergoeden. De uitspraak is gedaan zonder dat er een rechtsmiddel openstaat tegen deze beslissing. De zaak is geregistreerd onder AWB 05/11037 en betreft een voorlopige voorziening in het bestuursrecht, specifiek binnen het vreemdelingenrecht.