ECLI:NL:RBSGR:2004:AS4810
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.Th. van Leeuwen
- Rechtspraak.nl
Aandelenlease-overeenkomst en zorgplicht van de bank
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 17 november 2004 uitspraak gedaan in een geschil tussen Dexia Bank Nederland N.V. en een gedaagde partij, die een aandelenlease-overeenkomst had gesloten. De gedaagde, die zich in een kwetsbare financiële situatie bevond, voerde aan dat zij de overeenkomst niet goed begreep en dat Dexia tekortgeschoten was in haar zorgplicht. Dexia had de gedaagde niet voldoende geïnformeerd over de risico's van de overeenkomst en had nagelaten om haar financiële situatie in acht te nemen bij het aanbieden van het product.
De kantonrechter oordeelde dat Dexia inderdaad tekortgeschoten was in haar zorgplicht, zoals vastgelegd in de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999. De rechter stelde vast dat Dexia niet had onderzocht of de aandelenlease-overeenkomst paste bij de beleggingsdoelstellingen van de gedaagde, die in feite een lening voor een reis naar Nigeria dacht te sluiten. De rechter concludeerde dat Dexia aansprakelijk was voor het nadeel dat de gedaagde had ondervonden door het niet nakomen van de zorgplicht, maar dat de gedaagde ook een eigen verantwoordelijkheid droeg voor haar beslissing om de overeenkomst te ondertekenen.
Uiteindelijk werd de vordering van Dexia afgewezen, en werd Dexia veroordeeld in de proceskosten. De kantonrechter benadrukte dat de verantwoordelijkheid van Dexia als professionele partij zwaarder woog dan die van de gedaagde als consument, vooral gezien haar schrijnende financiële en gezondheidstoestand. Dit vonnis onderstreept de belangrijke rol van zorgplicht voor financiële instellingen bij het aanbieden van complexe financiële producten aan consumenten.