ECLI:NL:RBSGR:2004:AO7595
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake asielaanvraag door gebrek aan gronden
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 20 februari 2004 uitspraak gedaan in een beroep tegen een beschikking van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Eiser, een Soedanese nationaliteit, had een aanvraag om toelating als vluchteling ingediend, welke op 22 november 2001 was afgewezen. Eiser heeft vervolgens op 12 december 2001 beroep ingesteld tegen deze afwijzing. De rechtbank heeft het beroep behandeld op 21 januari 2004, waarbij eiser niet persoonlijk aanwezig was, maar vertegenwoordigd werd door zijn gemachtigde, mr. C. van den Berg.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat het beroepschrift van eiser niet voldeed aan de eisen van artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit artikel vereist dat het beroepschrift gronden bevat. De rechtbank oordeelt dat de enkele verwijzing naar de zienswijze van eiser onvoldoende is om aan deze eis te voldoen. Verweerder had in de bestreden beschikking de argumenten van eiser uitgebreid en gemotiveerd weerlegd, en van eiser had verwacht mogen worden dat hij hiertegen in beroep gronden aanvoerde. Aangezien eiser hieraan niet heeft voldaan, verklaarde de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk.
De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om een partij in de kosten te veroordelen. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is op dezelfde dag verzonden.