ECLI:NL:RBSGR:2003:AN8886

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
24 november 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
185282
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toepassing van Turks recht op verzoek tot vernietiging van erkenning van een kind

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Gravenhage op 24 november 2003, betreft het een verzoek tot vernietiging van de erkenning van een kind door de man. Het verzoekschrift is ingediend op 16 augustus 2002, vóór de inwerkingtreding van de Wet conflictenrecht afstamming op 1 mei 2003. De rechtbank oordeelt dat, gelet op de nationaliteit van de man, Turks recht van toepassing is op de erkenning van het kind. Dit is in overeenstemming met artikel 5 van de Wet conflictenrecht afstamming, dat bepaalt dat het recht van de nationaliteit van de erkenner van toepassing is op de erkenning.

De rechtbank stelt vast dat het Turkse recht geen mogelijkheid biedt voor de erkenner om de erkenning zelf te vernietigen. Dit leidt tot de conclusie dat de man niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn verzoek. De rechtbank heeft de beschikking gegeven, waarbij de man niet-ontvankelijk is verklaard in zijn verzoek tot vernietiging van de erkenning. De uitspraak is gedaan door mr. A.C. Olland, bijgestaan door P.B. Devilee als griffier, en is openbaar uitgesproken tijdens de zitting op 24 november 2003. De zaak valt onder het sector Familie- en Jeugdrecht en betreft een enkelvoudige kamer.

Uitspraak

RECHTBANK ’S-GRAVENHAGE
Sector Familie- en Jeugdrecht
Enkelvoudige Kamer
Vernietiging erkenning
rekestnummer : 02-4959
zaaknummer : 185282
datum beschikking : 24 november 2003
BESCHIKKING op het op 16 augustus 2002 ingekomen verzoekschrift van:
[verzoeker],
[woonplaats],
hierna te noemen: de man,
procureur mr J.W. Stok.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
1. [belanghebbende 1],
[woonplaats],
hierna te noemen: de vrouw,
en
2. [belanghebbende 2]
[woonplaats],
hierna te noemen: het kind,
in rechte vertegenwoordigd door [ ], advocaat te Delft,
in de hoedanigheid van bijzonder curator over het kind.
FEITEN
? Uit de vrouw is op 11 november 1999 te Delft het kind geboren.
? Het kind is op 15 november 1999 door de man erkend.
? De man, de vrouw en het kind hebben allen de Turkse nationaliteit.
PROCEDURE
? Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank de erkenning door de man van het kind vernietigt.
Bij en na indiening van het verzoekschrift zijn stukken overgelegd die de hiervoor vermelde feiten ondersteunen.
? Bij beschikking van 13 januari 2003 van deze rechtbank en kamer is [ ] voornoemd benoemd tot bijzonder curator over het kind.
? Ingekomen is een verweerschrift van de bijzonder curator.
BEOORDELING
Op grond van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering acht de rechtbank zich bevoegd om op het onderhavige verzoek te beslissen.
Het verzoek is ingediend op 16 augustus 2002, derhalve vóór de inwerkingtreding op 1 mei 2003 van de Wet conflictenrecht afstamming. Ingevolge het overgangsrecht van artikel 11 van deze wet is deze niettemin van toepassing, nu het gaat om vaststelling van een rechtsbetrekking na haar inwerkingtreding.
De man heeft gesteld dat hij en de vrouw op [datum] te [plaats], Turkije, met elkaar zijn gehuwd en dat de arrondissementsrechtbank bij beschikking van 21 juni 1995 de echtscheiding tussen hen heeft uitgesproken. De bijzonder curator heeft gesteld dat haar niet bekend is of ook in Turkije een echtscheiding tussen partijen tot stand is gekomen en dat de geboorte van het kind ook is aangegeven bij de Turkse Ambassade.
Noch de man noch de bijzonder curator heeft een en ander met stukken onderbouwd.
Met de voor handen zijnde stukken kan de rechtbank, gelet op de nationaliteit van de man, niet anders concluderen dan dat Turks recht van toepassing is geweest op de erkenning door de man van het kind. Ingevolge artikel 5 van de Wet conflictenrecht afstamming is aldus Turks recht op het verzoek tot vernietiging van de erkenning van toepassing.
Naar het oordeel van de rechtbank biedt het Turkse recht geen mogelijkheid voor de erkenner zelf om de door hem gedane erkenning te vernietigen. Aldus dient de man niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn verzoek.
BESLISSING:
De rechtbank:
verklaart de man niet-ontvankelijk in zijn verzoek.
Deze beschikking is gegeven door mr A.C. Olland, bijgestaan door P.B. Devilee als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 november 2003.