ECLI:NL:RBSGR:2003:AF5117

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
21 februari 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
09/037484-02
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • Kalk
  • Derijks
  • Van Wezel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van gewelddadige overval

Op 21 februari 2003 heeft de Rechtbank 's-Gravenhage uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte, geboren in Polen en thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Overijssel. De zaak betreft een gewelddadige overval die plaatsvond op 3 november 2002 in een woning. De officier van justitie had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk. Tijdens de zitting op 12 februari 2003 werd de verdachte bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. N.M. Lam.

De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen bewijs is dat de verdachte bewust heeft samengewerkt met de medeverdachten bij de overval. Het enkele feit dat de verdachte aanwezig was in de woning terwijl goederen naar buiten werden gedragen, is onvoldoende om betrokkenheid bij het delict vast te stellen. De rechtbank concludeert dat de verdachte niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat hij het hem bij dagvaarding telastgelegde heeft begaan.

Daarom heeft de rechtbank de verdachte vrijgesproken van de hem ten laste gelegde feiten en het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven. De uitspraak is gedaan in het openbaar en is geregistreerd onder parketnummer 09/037484-02.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
SECTOR STRAFRECHT
MEERVOUDIGE KAMER
(VERKORT VONNIS)
parketnummer 09-037484-02
rolnummer 0004
's-Gravenhage, 21 februari 2003
De rechtbank 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, heeft het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Polen),
zonder vaste woon - of verblijfplaats in Nederland,
thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Overijssel, HvB Zwolle te Zwolle.
De terechtzitting.
Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 12 februari 2003.
De verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr N.M. Lam, is verschenen en gehoord.
De officier van justitie mr Paulus heeft gevorderd dat verdachte terzake van het hem bij dagvaarding telastgelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar.
De telastlegging.
Aan verdachte is telastgelegd hetgeen is vermeld in de ingevoegde fotokopie van de dagvaarding, gemerkt A.
Vrijspraak.
De rechtbank acht op grond van het onderzoek ter terechtzitting niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen verdachte bij dagvaarding is telastgelegd, zodat hij daarvan dient te worden vrijgesproken.
De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Er zijn geen bewijsmiddelen in het dossier aanwezig die de conclusie rechtvaardigen dat verdachte bewust heeft samengewerkt met de medeverdachten bij de overval - waarbij geweld is gebruikt - op 3 november 2002 in de woning aan de [adres].
Ook overigens kan enige mate van betrokkenheid bij het plannen en uitvoeren van het delict bij verdachte niet worden vastgesteld. Het enkele feit dat verdachte op enig moment in de woning aanwezig is geweest terwijl de goederen naar buiten werden gedragen en nadat het geweldsincident zich had voorgedaan is daarvoor onvoldoende.
Verdachte zou hooguit medeplichtigheid kunnen worden verweten, maar nu dit niet is telastgelegd zal de rechtbank verdachte vrijspreken.
De rechtbank zal het bevel tot voorlopige hechtenis opheffen.
Beslissing.
De rechtbank,
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het hem bij dagvaarding telastgelegde heeft begaan en spreekt hem daarvan vrij;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door
mrs Kalk, voorzitter,
Derijks en Van Wezel, rechters,
in tegenwoordigheid van mr Japenga, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 21 februari 2003.
parketnummer 09/037484-02