ECLI:NL:RBSGR:2003:AF3699

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
14 januari 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
AWB 02/94750
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Vreemdelingenrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake uitzetting van een Sierra Leoonse nationaliteit

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 14 januari 2003 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker van Sierra Leoonse nationaliteit, geboren in 1977, die een beroep heeft ingesteld tegen een besluit van de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie, vertegenwoordigd door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Het verzoek is geregistreerd onder het dossiernummer AWB 02/94750. De verzoeker heeft verzocht om een voorlopige voorziening, zodat zijn uitzetting achterwege blijft totdat op zijn beroep is beslist. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er aanleiding is om het verzoek toe te wijzen, gezien de recente beleidswijzigingen van de verweerder met betrekking tot terugzending naar Sierra Leone. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de uitzetting van de verzoeker moet worden opgeschort totdat er een beslissing is genomen op het beroep.

Daarnaast heeft de voorzieningenrechter overwogen dat het verzoek om de verweerder te verplichten tot het doen van een verzoek om opvang aan het COA niet kan worden toegewezen, omdat het bestreden besluit niet strekt tot het verlenen van opvang. Dit aspect is derhalve niet ter toetsing voorgelegd in deze procedure. Het verzoek is kennelijk niet-ontvankelijk voor zover het betrekking heeft op opvang. De voorzieningenrechter heeft de verweerder in de proceskosten veroordeeld tot een bedrag van € 322,--, dat door de Staat der Nederlanden aan de verzoeker moet worden voldaan. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK te 's-GRAVENHAGE
nevenzittingsplaats Zwolle
sector vreemdelingenrecht
voorzieningenrechter
regnr.: Awb 02/94750
UITSPRAAK
inzake: A,
geboren op [...] 1977,
van Sierra Leoonse nationaliteit,
IND dossiernummer 0212.18.8062,
gemachtigde: mr. G.W. Milet de St. Aubin, medewerker bij de Stichting Rechtsbijstand Asiel Noordoost-Nederland te Zwolle,
verzoeker;
tegen: DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE
(Immigratie- en Naturalisatiedienst),
te 's-Gravenhage,
verweerder.
1 Procesverloop
1.1 Bij brief van 22 december 2002 is beroep ingesteld tegen de beschikking van 22 december 2002. Dit beroep is geregistreerd onder Awb 02/94753. Bij brief van 22 december 2002 is verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat uitzetting achterwege wordt gelaten tot op het beroep is beslist en verzoeker te behandelen als ware zijn aanvraag niet binnen 48 uur afgedaan dan wel verweerder te verplichten tot het doen van een verzoek tot opvang.
2 Overwegingen
2.1 De voorzieningenrechter stelt vast dat voldaan wordt aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 8:81 Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2.2 Bij brief van 13 januari 2003 heeft de rechtbank aan partijen meegedeeld dat de rechtbank heeft besloten dat in verband met nadere oordeelsvorming omtrent de recente wijzigingen in het beleid van verweerder inzake (terugzending naar) Sierra Leone een aantal beroepszaken door een meervoudige kamer van deze rechtbank behandeld zal worden.
2.3 Reeds hierom bestaat aanleiding het verzoek om voorlopige voorziening, met toepassing van artikel 8:83, derde lid, Awb, toe te wijzen in die zin dat verweerder wordt gelast de uitzetting achterwege te laten tot op het beroep is beslist.
2.4 Ten aanzien van het verzoek voor zover het betrekking heeft op de opvang overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
Niet is gesteld dat de onderhavige aanvraag niet binnen 48 uur is afgedaan, zodat als uitgangspunt heeft te gelden dat de aanvraag binnen 48 uur is behandeld.
Ten aanzien van het verzoek verweerder te verplichten tot het doen van een verzoek om opvang aan het COA, overweegt de voorzieningenrechter dat het bestreden besluit niet -mede- strekt tot het verlenen van opvang, zodat dit aspect niet ter toetsing voorligt in de onderhavige procedure.
Het verzoek is derhalve kennelijk niet-ontvankelijk voor zover het betrekking heeft op de opvang.
2.5 Er bestaat aanleiding verweerder te veroordelen in de kosten die verzoeker in verband met de behandeling van het verzoek redelijkerwijs heeft moeten maken.
3 BESLISSING
De voorzieningenrechter:
- wijst het verzoek om een voorlopige voorziening toe in die zin dat verweerder wordt gelast uitzetting achterwege te laten totdat op het beroep is beslist;
- verklaart het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk voor zover het betreft de opvang;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten ad € 322,-- onder aanwijzing van de Staat der Nederlanden als rechtspersoon die deze kosten aan verzoeker dient te voldoen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.F.M.J. Bouwman en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van mr. W.L.J. Fernhout als griffier op 14 januari 2003.
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.
Afschrift verzonden: 14 januari 2003