ECLI:NL:RBSGR:2001:AB0329
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de beleidswijziging inzake vvtv voor Zuid-Sudanese en Nuba-bevolkingsgroepen
In deze zaak heeft de president van de Arrondissementsrechtbank 's-Gravenhage op 23 januari 2001 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een Sudanese asielzoeker. De verzoeker, die tot de Nuba-bevolkingsgroep behoort, had een asielverzoek ingediend, maar zijn aanvraag was niet inwilligd door de Staatssecretaris van Justitie. De president oordeelde dat de beleidswijziging van de Staatssecretaris, die inhoudt dat personen van Zuid-Sudanese niet-Arabische en Nuba-bevolkingsgroepen die minstens zes maanden probleemloos in Noord-Sudan hebben verbleven, niet langer in aanmerking komen voor een vvtv, niet glashelder is. De president stelde vast dat het begrip 'probleemloos' onvoldoende is gedefinieerd en dat er risico's zijn voor de verzoeker bij terugkeer naar Sudan, ondanks dat deze risico's als gering worden ingeschat. De president concludeerde dat de aanvraag niet in het AC had mogen worden afgehandeld en dat doorzending naar het OC had moeten plaatsvinden. Het verzoek werd toegewezen, en de Staatssecretaris werd veroordeeld in de proceskosten van de verzoeker, die op f 1420,- werden vastgesteld. De uitspraak benadrukt de noodzaak van duidelijke beleidsregels en de bescherming van kwetsbare bevolkingsgroepen in asielprocedures.