ECLI:NL:RBSGR:2000:AB1402
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van tewerkstellingsvergunning voor oudere vreemdeling in het kader van de Wet arbeid vreemdelingen
In deze zaak heeft de Arrondissementsrechtbank 's-Gravenhage op 29 november 2000 uitspraak gedaan in een beroep tegen de weigering van de Vreemdelingendienst om een tewerkstellingsvergunning (twv) te verlenen aan een oudere vreemdeling, geboren op 22 april 1947, die als Soefimeester wilde werken. De rechtbank oordeelde dat de aanvraag om verlening van een vergunning tot verblijf (vtv) niet onherroepelijk was afgewezen, waardoor de weigering van de twv niet gerechtvaardigd was. De rechtbank benadrukte dat de Vreemdelingendienst niet voldoende had gemotiveerd waarom de leeftijdsgrens van 45 jaar als weigeringsgrond werd gehanteerd zonder een belangenafweging te maken. De rechtbank stelde vast dat de wetgeving ruimte biedt voor beleidsvrijheid, maar dat deze niet zo ver mag gaan dat in alle gevallen zonder uitzondering wordt geweigerd. De rechtbank oordeelde dat de Vreemdelingendienst niet had aangetoond dat er geen geschikte kandidaten jonger dan 45 jaar beschikbaar waren, en dat de motivering van de weigering tekortschiet. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg de Vreemdelingendienst op om een nieuw besluit te nemen op het bezwaarschrift. Tevens werd de Vreemdelingendienst veroordeeld in de proceskosten van de eiser.