ECLI:NL:RBSGR:2000:AA9832
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de beschikking inzake asielaanvraag van een Iraakse kolonel met gegronde vrees voor vervolging
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 20 december 2000 uitspraak gedaan in een asielprocedure van eiser, een Iraakse kolonel die werkzaam was voor de Militaire Inlichtingendienst Istikhbarat. Eiser heeft in 1997, na het ontvangen van een opdracht om een bom te plaatsen, Irak verlaten uit vrees voor vervolging. De rechtbank heeft de bestreden beschikking van de Staatssecretaris van Justitie vernietigd, omdat de rechtbank van oordeel is dat eiser voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij gegronde redenen heeft te vrezen voor vervolging bij terugkeer naar Irak. De rechtbank oordeelt dat de Staatssecretaris onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de verklaringen van eiser niet geloofwaardig zijn. Eiser heeft gedetailleerde verklaringen afgelegd over zijn werkzaamheden en rang, en de rechtbank is van mening dat het niet onaannemelijk is dat hij de door hem geschetste opdracht heeft gekregen. De rechtbank concludeert dat, indien eiser daadwerkelijk als kolonel heeft gewerkt, hij een reëel risico loopt op schending van artikel 3 van het EVRM wegens desertie of het weigeren van een dienstbevel. De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard en de Staatssecretaris opgedragen een nieuwe beschikking te geven met inachtneming van deze uitspraak. Tevens is de Staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eiser.