ECLI:NL:RBSGR:2000:AA9823
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na terugzending naar Duitsland
In deze zaak heeft de Arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage op 20 september 2000 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een Pakistaanse verzoeker die na een negatieve asielprocedure in Duitsland naar Nederland was gebracht. De verzoeker, die op 13 september 2000 door Duitse autoriteiten naar Schiphol was gebracht, wilde een asielverzoek indienen, maar werd door de Nederlandse autoriteiten niet in de gelegenheid gesteld om dit te doen. De rechtbank oordeelde dat de verweerder, de Staatssecretaris van Justitie, in strijd handelde met de wet door verzoeker niet de kans te geven een asielverzoek in te dienen. De rechtbank stelde vast dat de omstandigheid dat verzoeker als transitpassagier vanuit Duitsland naar Pakistan werd teruggestuurd, niet betekende dat hij geen recht had op een asielprocedure in Nederland. De rechtbank benadrukte dat de verplichtingen onder het Vluchtelingenverdrag en het EVRM ook van toepassing zijn in dit geval, en dat de verzoeker recht had op een onderzoek naar zijn asielaanvraag. De president van de rechtbank heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en verweerder opgedragen verzoeker terug te leiden naar Nederland, zodat hij de mogelijkheid kreeg om een asielaanvraag in te dienen. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van de verzoeker.