ECLI:NL:RBSGR:2000:AA9465
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van artikel 44 van de Associatie-Overeenkomst van de EG met Polen op zelfstandige prostituee
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Gravenhage op 30 oktober 2000 uitspraak gedaan in een beroep van eiseres, een Poolse nationaliteit houdende vrouw, die een vergunning tot verblijf had aangevraagd om als zelfstandige prostituee te werken. Eiseres stelde dat artikel 44 van de Associatie-Overeenkomst tussen de EG en Polen op haar van toepassing was, maar de rechtbank oordeelde dat dit niet het geval was. De rechtbank concludeerde dat eiseres vóór de beslissing in primo op 18 januari 1999 al was gestopt met haar werkzaamheden als prostituee, waardoor zij niet voldeed aan de voorwaarden voor zelfstandig ondernemerschap zoals bedoeld in de Overeenkomst. De rechtbank oordeelde dat de afhankelijkheid van bordeelhouders en het ontbreken van een daadwerkelijke zelfstandige bedrijfsvoering van eiseres, haar aanspraak op de vergunning ondermijnde. De rechtbank verwierp ook het argument van eiseres dat de bestreden beschikking in strijd was met de beginselen van behoorlijk bestuur, omdat verweerder terecht had afgezien van het horen van eiseres. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de beslissing van de Staatssecretaris van Justitie om de vergunning tot verblijf te weigeren.